5 Draai de contactsleutel naar de startstand.
6 Als de motor start, laat dan de contactsleutel meteen
terug springen naar de neutrale stand.
BELANGRIJKE INFORMATIE
Laat de startmotor niet langer dan ca. 5 seconden achter
elkaar draaien. Als de motor niet start wacht dan ca. 15
seconden voordat de volgende startpoging wordt gedaan.
7 Schuif de chokebediening geleidelijk naar voren als de
motor is gestart.
8 Laat de motor 3-5 min op laag toerental "halfgas" lopen
voordat hij zwaar belast wordt.
9 Stel het gewenste motortoerental in met de gasbediening.
WAARSCHUWING! Laat de motor nooit
!
binnenshuis lopen, in een gesloten of slecht
geventileerde ruimte. De uitlaatgassen van
de motor bevatten giftig koolmonoxyde.
16 –
Dutch
Rijden
Starten van een motor met een
zwakke accu
WAARSCHUWING! Lood-zuur-accu's geven
!
explosieve gassen af. Voorkom vonken,
open vuur en roken vlakbij accu's. Draag
altijd een veiligheidsbril in de buurt van
accu's.
Als de accu te zwak is om de motor te starten, dient deze
opgeladen te worden.
Bij het gebruik van startkabels voor een noodstart, volgt u
onderstaande procedure:
BELANGRIJKE INFORMATIE Uw grasmaaier is voorzien
van een 12-volts systeem met negatieve aarding. Het
andere voertuig moet ook een 12-volts systeem met
negatieve aarding hebben. Gebruik de accu van de maaier
niet om andere voertuigen te starten.
Aansluiten van startkabels
•
Sluit ieder eind van de rode kabel aan op de POSITIEVE
pool (+) van iedere accu, en let goed op dat u geen einde
tegen het chassis kortsluit.
•
Sluit het ene uiteinde van de zwarte kabel aan op de
NEGATIEVE pool (-) op de accu die vol is.
•
Sluit het andere uiteinde van de zwarte kabel aan op
goede CHASSISAARDING, op ruime afstand van de
brandstoftank en de accu.
Verwijder de kabels in omgekeerde
volgorde.
•
De ZWARTE kabel haalt u eerst los van het chassis en
dan van de volle accu.
•
De RODE kabel haalt u als laatste van beide accu's.
BELANGRIJKE INFORMATIE Gebruik nooit een
boostlader/startbooster.
Gebruik uitsluitend conventionele acculaders. Koppel altijd
de lader los alvorens de motor te starten. Zogenoemde
boostlader/startboosters mogen nooit worden gebruikt.
Deze verhogen vaak de spanning (in plaats van de stroom)
om het vereiste vermogen te genereren voor het starten
van de motor. Deze spanningstoename beschadigt het
elektrisch systeem.