Verlagen tot
maximum daling
Instelling van de buitentemperatuur tot welke er een
nachtelijke temperatuurverlaging wordt doorgevoerd.
Als de werkelijke buitentemperatuur onder de ingestelde
waarde daalt, wordt de verlagingstemperatuur genegeerd.
Aanvoer max.
Maximum aanvoertemperatuur
Als deze temperatuur in de aanvoer wordt overschreden,
wordt een compressor van de warmtepomp uitgeschakeld.
Dit geldt voor alle types!
pagina
56,
"Overzicht:
ing, Aanvoer Max"
Buitentemp. Grensw.
Warmtebrontemperatuurafhankelijke
aanpassing van de aanvoertemperatuur.
Hier wordt de buitentemperatuur ingesteld, tot dewelke de
max. aanvoertemperatuur met de warmtepomp mag worden
bereikt. Onder deze buitentemperatuur zal de daadwerkelijke
max. aanvoertemperatuur van de warmtepomp lineair dalen
tot de waarde "Aanvoer max. Gernsw".
Aanvoer max. Gernsw
Warmtebrontemperatuur-
afhankelijke aanpassing van de
aanvoertemperatuur.
Hier wordt de max. aanvoertemperatuur van de warmtepomp
bij een buitentemperatuur van -20 °C ingesteld.
Meer informatie vindt u onder punt '"Buitentemp. Grensw."
en volgende tekening:
AV
AV-max.
Aanvoer max. Gernsw
-20°C
Hysterese koeling
Hysteresis-koelcircuit
Standaardwaarde voor reversibele lucht/water-
warmtepompen: 3 K
Standaardwaarde voor brine/water-warmtepompen: 2 K
Tapwater max.
Een waarde die wordt ingesteld om de maximale
insteltemperatuur voor warm water te begrenzen.
Min. retourtemp.
minimale ingestelde retourtemperatuur
wordt tijdens het bedrijf niet overschreden.
Ontdooi eind temp.
Minimale aanvoer MG1
Wordt tijdens het bedrijf niet overschreden.
Maximale aanvoer MG1
Wordt alleen weergegeven, als menggroep 1 is ingesteld
op "Ontladen" of "Verw.+koel". In dat geval werkt de
aanvoertemperatuurvoeler van TB1 als begrenzer van de
aanvoertemperatuur na de mengklep. Dat wil zeggen: als TB1
de ingestelde waarde overschrijdt, zal de mengklep richting
"Dicht" worden gedraaid.
26
Ontdooicyclus,
Luchtontdooi-
Buitentemp. Grensw.
Maximale warmwatertemperatuur
Ontdooi-eindtemperatuur
minimale aanvoertemperatuur
menggroep 1
maximale aanvoertemperatuur na
de mengklep menggroep 1
Hyst.2.VD verkort
vanaf welke de inschakeltijd van het 2e comp.-niveau wordt
verkort (zie 'Systeeminstelling').
Aanvullende inschakeling Comp2:
A
geen inschakeling
B
verkorte inschakeling
C
T ret.ber
D
hysterese VR
E
hysterese VR verkort
heetgaswisselaar
min. aanvoer koeling
Als deze temperatuur op de koelsensor (naargelang de
integratie TB1, TB2 of TRL) onderschreden wordt, wordt de
koeling onderbroken (fabrieksinstelling 18 °C). Tegelijkertijd
is de aangegeven waarde de minimale grenswaarde voor
instelbare temperatuurwaarden voor de koeling.
min. aanvoer koeling 2 VD
Als deze temperatuur op de koelsensor (naargelang de
integratie TB1, TB2 of TRL) onderschreden wordt, wordt de
koeling onderbroken (fabrieksinstelling 18 °C). Tegelijkertijd
is de aangegeven waarde de minimale grenswaarde voor
instelbare temperatuurwaarden voor de koeling.
Nachtverl. CV
Nachtverl. MG1
AT
Technische wijzigingen voorbehouden | 83055400kNL – 2.1 | ait-deutschland GmbH
Hysterese verwarmingsregelaar
Maximale temperatuur heetgaswisselaar
Minimale aanvoer temperatuur koeling
Minimale aanvoertemperatuur
koeling 2e compressor
Temperatuur waarmee de verwarming
in de nachtmodus lager wordt gezet
dan in de dagmodus
Temperatuur waarmee de menggroep 1
in de nachtmodus lager wordt gezet
dan in de dagmodus
Scroll helemaal naar beneden in het display.
Sla de instellingen.