Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina
Inhoudsopgave

Advertenties

GEBRUIKERSHANDLEIDING
NL
Verwarmings- en warmtepompregelaar
Deel 2
INSTALLATIE- EN
LUXTRONIK
Leveringsomvang, Montage,
Elektrische installatie,
Installatie van temperatuurvoelers, Demontage
Software-update
Eerste inschakeling / Inbedrijfstelling
Programma-onderdeel "Koeling"
Programma-onderdeel "Service"
Programma-onderdeel "Parallelbedrijf"
Appendix
83055400kNL – 2.1
www.alpha-innotec.com

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Samenvatting van Inhoud voor alpha innotec LUXTRONIK

  • Pagina 1 INSTALLATIE- EN GEBRUIKERSHANDLEIDING LUXTRONIK Leveringsomvang, Montage, Elektrische installatie, Installatie van temperatuurvoelers, Demontage Software-update Eerste inschakeling / Inbedrijfstelling Programma-onderdeel “Koeling“ Programma-onderdeel “Service“ Programma-onderdeel “Parallelbedrijf“ Appendix 83055400kNL – 2.1 Verwarmings- en warmtepompregelaar Deel 2 www.alpha-innotec.com...
  • Pagina 2: Eerst Lezen

    A.u.b. eerst lezen Pictogrammen Deze handleiding is deel 2 van de uit 2 delen bestaande handlei- Informatie voor gebruikers. ding voor de verwarmings- en warmtepompregelaar. Verzeker u ervan dat u ook over deel 1 van deze handleiding beschikt. Indien deel 1 ontbreekt, dient u dit bij uw leverancier aan te vragen. Informatie of aanwijzingen voor gekwalificeerd vakpersoneel en bevoegd servicepersoneel.
  • Pagina 3: Inhoudsopgave

    Inhoudsopgave A.U.B. EERST LEZEN ....................2 PROGRAMMA-ONDERDEEL “SERVICE“ PICTOGRAMMEN ......................2 PROGRAMMA ONDERDEEL SELECTEREN ............. 18 INFORMATIE OPROEPEN ..................18 Temperaturen oproepen ................. 18 Ingangen oproepen ................... 19 LEVERINGSOMVANG, MONTAGE, ELEKTRISCHE INSTALLATIE, Uitgangen oproepen ................. 19 INSTALLATIE VAN TEMPERATUURVOELERS, DEMONTAGE Aflooptijden oproepen ................
  • Pagina 4 Afstandsbeheer .................... 41 De Functie “Afstandsbeheer“ inschakelen ......... 42 Verbinding testen ..................42 Mogelijke oorzaken van verbindingsproblemen ....42 Heatpump24.com ..................42 PROGRAMMA-ONDERDEEL “PARALLELBEDRIJF“ BASISINFORMATIE ....................44 In- en uitschakelen bij LWP warmtepompen .......44 In- en uitschakelen bij Hybrox warmtepompen ......44 Gebroken verbinding ...................44 Verbinding...
  • Pagina 5: Leveringsomvang

    Leveringsomvang Montage MONTAGE VAN DE INBOUWREGELAAR AANWIJZING voor de werking noodzakelijke temperatuurvoelers (retour- Bij apparaten voor installatie binnenshuis zit de moederbord van temperatuurvoeler, aanvoertemperatuurvoeler, persgas) zit- de verwarmings- en warmtepompregelaar in de schakelkast van ten ingebouwd in de warmtepomp en behoren niet tot de le- het betreffende apparaat geïntegreerd.
  • Pagina 6: Elektrische Installatie

    Volg bij het tot stand brengen van de elektrische aansluitingen AANWIJZING de instructies in de installatie- en gebruikershandleiding bij uw het bijgeleverde wandbevestigingsmateriaal is bestemd warmtepomp. voor stevige volle muren.  Installatie- en gebruikershandleiding van uw apparaat, “Elek- LET OP trische aansluitingswerken“, “Aansluitschema“...
  • Pagina 7 Sluit de leiding van de 230 V-voeding aan op het voedings- AANWIJZING klemmenstrook. De in- en uitgangen op de moederbord worden volgens het aansluitschema van het apparaat toegewezen. Aanvul- AANWIJZING lend vindt u de toewijzing op de binnenzijde van de kast- Klemmenstrook heeft veerklemmen voor een maximale afdekking van de wandregelaar.
  • Pagina 8: Varianten Bedieningselement

    VARIANTEN BEDIENINGSELEMENT Klemmenstrook (is niet uitgerust / ongebruikt in de standaardversie) Afhankelijk van het type warmtepomp wordt één van deze mo- Klemmenstrook: Analoge uitgangen en ingangen dellen van de bedieningselement meegeleverd: Klemmenstrook: Modbus interface Klemmenstrook: LIN-businterface voor Variant 1 Variant 2 bedieningselement I/O MAX moederbord Variant apparaatafhankelijk...
  • Pagina 9: Montage En Installatie Van Temperatuurvoelers

    MONTAGE EN INSTALLATIE VAN LET OP TEMPERATUURVOELERS Er mag geen vocht in de behuizing ingesloten worden. Even- tueel de behuizing aan de binnenkant zonder resten laten op- drogen, voordat de behuizingsdeksel gemonteerd wordt. Buitentemperatuurvoeler Ervoor zorgen dat de dichtheid van de behuizing door De buitentemperatuurvoeler (beschermklasse IP 67) is een nood- spanningsvrije montage gegarandeerd is en er op geen zakelijk onderdeel voor de werking van de regelaar en wordt dan...
  • Pagina 10: Externe Retourtemperatuurvoeler

    Inschakeling / Inbedrijfstelling Externe retourtemperatuurvoeler De externe retourtemperatuurvoeler (optioneel) is noodzakelijk Bij het inschakelen van de regelaarspanning of na een nieuwe bij de hydraulische aanpassing van een buffervat (multifunctio- start van de verwarmings- en warmtepompregelaar (Reset) start neel vat, …). Deze moet als volgt worden aangesloten: een zelftest, die controleert of er fundamentele componenten van de warmtepompsysteem beschikbaar zijn.
  • Pagina 11 Als er een tussenwarmtewisselaar aan de warmtebronzijde is: Daarna verschijnt het volgende scherm: Water Brine Moet worden gekozen, als aan de primaire zijde van de tussenwarmtewisselaar water wordt gebruikt en aan de secundaire zijde van de tussenwarmtewisselaar een bri- ne-watermengsel wordt gebruikt. Water Water Moet worden gekozen, als water als warmtebronmedium De vraag verschijnt altijd als de regelaarspanning wordt...
  • Pagina 12: Ibn-Assistent

    IBN-assistent Zolang de warmtepomp nog niet geconfigureerd is, knippert rechtsboven op het navigatiescherm het symbool “GO”. Als de IBN-Assistent niet via het knipperende “GO”-symbool in het navigatiebeeldscherm wordt opgeroepen, kan dit in het pro- grammabereik “Service” worden gedaan. Door het aansturen en aanklikken van “GO” wordt de IBN-assis- tent opgeroepen.
  • Pagina 13: Parameters Ibn Instellen

    PARAMETERS IBN INSTELLEN IBN-PARAMETER TERUGSTELLEN Met de toegang tot de installateur of de klantenservice is het mo- Als uw warmtepomp door een geautoriseerde klantenservice in gelijk om de instellingen die tijdens de inbedrijfstelling zijn ge- bedrijf is gesteld en de inbedrijfstellingsparameters zijn opgesla- maakt op te slaan (= Parameters IBN instell.).
  • Pagina 14: Noodgeval-Modus

    Noodgeval-modus AANWIJZING De bedrijfsmodi “Verwarming“ en “Warmtapwater“ moe- De noodgeval-modus stelt de verwarmingsmodus en productie ten handmatig worden teruggezet van de optie “Tweede van warmtapwater alsmede de vorstbeschermingsfunctie en het warmteop” naar de optie “Automatisch”. opwarmprogramma ook ter beschikking, als na het inschakelen van de regelaarspanning en tijdens de zelftest (POST Screen) Als de compressor van de warmtepomp tijdens de werking uit- ●...
  • Pagina 15: Programma-Onderdeel "Koeling

    Programma-onderdeel “Koeling” Als de koelfunctie is ingesteld, verschijnt in het navigatiedisplay het symbool voor het programma-onderdeel “Koeling“: De functie “Koeling” met automatische omschakeling naar de verwarmings- c.q. koelingsmodus (afhankelijk van het verzoek) kan met een menggroep gebruikt worden. Om de koelfunctie met andere menggroeps te gebruiken, is de installatie van de uitbreidingsprintplaat (toebehoren tegen beta- ling) nodig.
  • Pagina 16: Temperatuuren Instellen

    AANWIJZING Activeer de automatische werking alleen tijdens de zomer- maanden of schakel de koeling tijdens het stookseizoen via een voorhanden ruimtethermostaat uit. Als deze aanwijzing niet wordt opgevolgd, kan het gebeu- ren dat de buitenvoeler de installatie op koeling laat over- schakelen als de voeler ongunstig is geplaatst en de inge- A in dit temperatuurbereik wordt de actieve koeling stelde buitentemperaturen worden overschreden.
  • Pagina 17: Koeling Volgens Ingestelde Temperatuur Of Afhankelijk Van De Buitentemperatuur

    KOELING VOLGENS INGESTELDE TEMPERATUUR De berekening vindt plaats op basis van de onder “BT-verschil menggr.1” in Kelvin ingevoerde waarde, is echter beperkt tot een OF AFHANKELIJK VAN DE BUITENTEMPERATUUR spreiding van 1 K – 10 K (instelbaar in 0,5-stappen). De koelvrijgave kan afhankelijk van de buitentemperatuur of na een vaste temperatuur (= ingestelde temperatuur) plaatsvinden.
  • Pagina 18: Programma-Onderdeel "Service

    Temperaturen oproepen Programma-onderdeel “Service“ AANWIJZING De software detecteert automatisch het aangesloten type warmtepomp. Parameters die niet relevant zijn voor de Het menu is hier onvolledig afgebeeld. omstandigheden van het systeem en/of het type warmte- pomp zijn verborgen. Sommige van de in dit onderdeel van Aanvoer Anvoertemperatuur verwarmingscircuit het programma-onderdeel gedocumenteerde parameters...
  • Pagina 19: Ingangen Oproepen

    Defrost End Doeltemperatuur in de verdamper om EVU 2 Aanvullend signaal van het de ontdooiing te beëindigen energiebedrijf (EVU) voor het heetgaswisselaar Temperatuur op de heetgaswisselaar afbeelden van de Smart Grid- Schakelkast Temperatuur in de elektrische toestanden schakelkast STB E-element Veiligheidstemperatuurbegrenzer (STB) Oververhittingstemperatuur heetgas voor de controle van het elektrische...
  • Pagina 20: Aflooptijden Oproepen

    Bedrijsuren oproepen Freq. min. Minimumtoerental compressor Freq. max. Maximaal toerental van de compressor Stuur signaal pomp Vermogen circulatiepomp in % Ventilator toerental Actueel toerental van de ventilator van de warmtepomp VD toerental Actueel toerental van de compressor van de warmtepomp EVi opent Enhanced vapour injection opent Het menu is hier onvolledig afgebeeld.
  • Pagina 21: Afschakelingen Oproepen

    Afschakelingen oproepen datatoegang “Installateur” of Hydrauliekcode “Service” kan de hydraulische code worden gewijzigd door te klikken op de menuregel Softwareversie Software versie van de verwarmings- en warmtepompregelaar Revision Processorversie HZ/IO HZ/IO versie ASB Softwareversie ASB HW Revision Hardware revisie van het ASB 16.10.19 Inverter SW Version Softwareversie inverter...
  • Pagina 22: Energie Oproepen

    De energiemonitor is geen geijkt meetinstrument. Daarom mo- gen de door hem verstrekte gegevens niet worden gebruikt voor facturering aan huurders of voor soortgelijke doeleinden. De door de energy monitor verstrekte gegevens zijn ook niet geschikt om de exacte jaarrendement (JAZ) te bepalen. Verwarmen Thermische energie in kW/h geleverd voor de bedrijfsmodus verwarming...
  • Pagina 23: Gebouwbeheersysteem (Gbs) Oproepen

    Gebouwbeheersysteem (GBS) oproepen VLV open MG1 Aantal open vloerverwarmingscircuits, die aan het menggroep 1 zijn toegewe- Aant. radiat. MG1 Aantal radiatoraandrijvingen, die aan het menggroep 1 zijn toegewezen Act. ruimtetemp. MG1 Actuele kamertemperatuur van de meest ongunstige ruimte in het meng- Het menu is hier onvolledig afgebeeld. groep 1 Gew.ruimtetemp.
  • Pagina 24: Eventlog Oproepen

    EventLog oproepen Stel het eerste cijfer in door aan de draai-drukknop te draai- en en bevestig uw invoer met een druk op deze knop. Herhaal dit telkens voor het volgende invoerveld. AANWIJZING Selecteer afsluitend en sla de ingevoerde cijfers op Menu-invoer wordt alleen weergegeven als de toegang tot met een druk op de draai-drukknop.
  • Pagina 25 Retour-begrensd Retourtemperatuur-begrenzing Vrijgave ZWE Deblokkeren aanvullende Instelling van de gewenste maximum retourtemperatuur in warmteopwekker verwarmingsmodus. Instelling van de buitentemperatuur waarbij deblokkeren van de aanvullende warmteopwekker naar behoefte mogelijk is. Boven deze ingestelde buitentemperatuur blijft de aanvullende warmteopwekker geblokkeerd. Uitzondering: bij storing en instelling storing met TWO wordt aanvullende warmteopwekker onafhankelijk van de ingestelde buitentemperatuur gedeblokkeerd.
  • Pagina 26 Verlagen tot maximum daling Hyst.2.VD verkort Hysterese verwarmingsregelaar Instelling van de buitentemperatuur tot welke er een vanaf welke de inschakeltijd van het 2e comp.-niveau wordt nachtelijke temperatuurverlaging wordt doorgevoerd. verkort (zie ‘Systeeminstelling’). Als de werkelijke buitentemperatuur onder de ingestelde Aanvullende inschakeling Comp2: waarde daalt, wordt de verlagingstemperatuur genegeerd.
  • Pagina 27: Gebruik Van Heet Gas / Heetgaswisselaar

    Gebruik van heet gas / heetgaswisselaar Systeeminstelling vastleggen (alleen LWP) Bij het gebruik van heet gas staan hogere temperaturen tot 75°C ter beschikking. De temperatuur is niet altijd gegarandeerd. De warmtepomp moet op grond van een andere aanvraag in wer- king zijn.
  • Pagina 28 AANWIJZING Menggroep 1 Menggroep 1 Instelling van de functie van de mengklepsturing Warm-tapwaterthermostaat aansluiten op dezelfde klem- Laden Niet instellen voor een men als de warm-tapwatertemperatuurvoeler (laagspan- vermogensgeregelde warmtepomp. ning). De warm-tapwaterthermostaat moet geschikt zijn Mengklep dient als ladingsmengklep, voor laagspanning (potentiaalvrij contact). bijvoorbeeld voor een ketel Thermostaat gesloten (= signaal aan) = aanvraag van warm tapwater.
  • Pagina 29 LET OP Luchtontdooien Luchtontdooiing luchtontdooiing niet vrijgegeven Bij bepaalde apparaten is er af fabriek een flowswitch inge- luchtontdooiing algemeen boven de bouwd. In dat geval moet de ASD absoluut op “Net contr.” ingestelde temperatuur vrijgegeven of “Net+Flow” worden ingesteld.  Vrijgegeven apparaten, pagina 56, “Overzicht: Ontdooicy- Een verkeerde instelling brengt de veiligheid en de goede clus, Luchtontdooiing, Aanvoer Max”...
  • Pagina 30 Elektrische anode Elektrische anode Min. Ontdooicyclus Ontdooicyclustijd, minimale tijd tussen Parasitaire-stroomanode in het warm-tapwaterbuffervat twee ontdooiprocessen parasitaire-stroomanode aanwezig De in te stellen tijd kunt u vinden in de installatie- en parasitaire-stroomanode niet aanwezig gebruikershandleiding bij het betreffende L/W-apparaat. Min.tijd insch.2.VD Verkorting 2e Compressor LET OP Tijd tot de inschakeling van het 2e compressorniveau.
  • Pagina 31: Systeem Ontluchten

    Systeem ontluchten Warmw. naverw. Warmwaternaverwarming Warmwaternaverwarming gedeactiveerd (= fabrieksinstelling) Warmwaternaverwarming geactiveerd. Indien geactiveerd wordt de gewenste warmwaterwaarde de doelwaarde voor warm water  Deel 1 van de gebruiksaanwijzing voor de verwarmings- en warmtepompregelaar, programma-onderdeel “Warmwater“, sectie “Warmwatertemperatuur met naverwarming“. Warmw. naverw. max Maximale tijdspanne voor warmwaternaverwarming Maximale tijdspanne waarin de warmwaternaverwarming...
  • Pagina 32: Parameters Ibn Instellen

    Energiezuinige pomp Zolang het ontluchtingsprogramma actief is, wordt het overeen- komstige programmasymbool in het navigatiedisplay weerge- geven: Parameters IBN instellen  pagina 13, “Parameters IBN instellen” Het menu is hier onvolledig afgebeeld. Afgiftesysteem Foutgeheugen extern beveiligen Radiator Vloerverwarming AANWIJZING verwarming aansturing Besturing van de Voor het gebruik van de functie is klantenservice-toegang verwarmingscirculatiepomp...
  • Pagina 33: Serienummer Ingeven

    Serienummer ingeven Aanvullende warmteopwekker Hier kunt u aangesloten aanvullende warmteopwekkers activeren en de parameters ervan instellen of aangeslo- ten aanvullende warmteopwekkers deactiveren AANWIJZING Warmtepomp Serienummer van de warmtepomp De mogelijke instellingen zijn afhankelijk van het betref- Binnenunit Serienummer van het hydraulische stati- fende apparaattype.
  • Pagina 34: Inverter

    Inverter der ‘Type’ een bereidingswijze geselec- teerd is en hier als uitgang ‘---’ wordt De functie “Inverter” maakt het mogelijk om de werkingsfrequen- weergegeven, dan is de bedrading al in tie van de compressor – en daarmee het vermogen – te regelen. de fabriek tot stand gebracht.
  • Pagina 35: Flexconfig

    FlexConfig Silent Mode Enkele lucht/water-warmtepompen bieden naast de standaard-wer- De functie “FlexConfig” maakt de individuele configuratie van ge- king de “Silent Mode” aan. Deze zorgt voor een geruisloze werking selecteerde uitgangen van de printplaat van de verwarmings- en en kan afhankelijk van het apparaattype meerdere niveaus heb- warmtepompregelaar mogelijk.
  • Pagina 36: Circulatiepomp Draait

    Smart  Deel 1 van de gebruiksaanwijzing voor de verwarmings- en warmtepompregelaar, programma-onderdeel ““Info + Instel- Het menupunt “Smart” verschijnt alleen, als op de verwarmings- ling““, sectie “Instellen van het klokprogramma van het verwar- en warmtepompregelaar een afzonderlijke ruimteregeling (toe- mingscircuit“.
  • Pagina 37: Bedrijfstoestanden

    Bedrijfstoestanden Verlaging / Verhoging instellen Smart Grid wordt via de twee contacten van de EVU-blokkering geschakeld; hieruit resulteren vier mogelijke bedrijfstoestanden. EVU 1 EVU 2 Bedrijfstoestand AAN (1) UIT (O) 1 (= EVU-blokkering) 2 (= Verlaagde werking) UIT (O) UIT (O) De warmtepomp stelt een nieuwe instel- waarde in voor de verwarming, die met de waarde “Verlaging verwarming”...
  • Pagina 38: Aansluitschemas Smart Grid

    Aansluitschemas Smart Grid LWCV • LWDV • LW(A)V • LW(A)HV • LWAV+ • Paros • Hybrox • SW H3 • SWC(V) H1/H3 • WZS(V) H3 • PWZSV H1/H2/H3 -X3-2 -X3-2 Legende: Betriebsmittel Legende: 831211a Betriebsmittel Funktion Reglerplatine; Achtung: I-max = 6,3A/230VAC Unterverteilung Hausinstallation Smart Grid Ansteuerung 1 Smart Grid Ansteuerung 2...
  • Pagina 39: Opwarmprogramma

    OPWARMPROGRAMMA AANWIJZING Het opwarmprogramma dient voor de automatische opwarming Als er voor het opwarmen van de vloer minder dan tien van estrikvloeren. Daarvoor worden in het menu tien niveaus trappen nodig zijn, moet het tijdsinterval bij alle niet beno- van ingestelde aanvoertemperaturen voor de telkens toegewe- digde trappen op “0h”...
  • Pagina 40: Opwarmprogramma Starten

    Opwarmprogramma starten AANWIJZING Na afloop van een TT-temperatuurtrap wordt het bijbeho- AANWIJZING rende tijdsinterval op “0h” gezet. Op die manier wordt ge- Terwijl het verwarmingsprogramma loopt, wordt op het garandeerd dat het opwarmprogramma na een eventuele display -10  °C als buitentemperatuur aangegeven. De stroomuitval verdergaat bij die aanvoertemperatuurtrap warmwaterbereiding is niet mogelijk.
  • Pagina 41: Installatieconfiguratie

    INSTALLATIECONFIGURATIE SYSTEEMAANSTURING AANWIJZING Contrast van het Display van wanneer een bepaalde gebruiksmodus niet nodig is in uw het bedieningselement instellen installatie, is het onnodig de bijbehorende programmaon-  Deel 1 van de gebruiksaanwijzing voor de verwarmings- en derdelen op het display weer te geven. warmtepompregelaar, sectie “Basisinformatie over de bedie- Een voorbeeld: uw installatie is uitsluitend bestemd voor ning“...
  • Pagina 42: De Functie "Afstandsbeheer" Inschakelen

    De Functie “Afstandsbeheer“ inschakelen Mogelijke oorzaken van verbindingsproblemen Is een verbinding met de afstandsbeheer server niet mogelijk, dan kan dit volgende oorzaken hebben: ● De verwarmings- en warmtepompregelaar heeft geen toegang tot internet. ● Het IP-adres van de verwarmings- en warmtepomprege- laar is niet aan het lokale netwerk aangepast.
  • Pagina 43 Handmatige data overdracht naar Heatpump24.com Indien nodig kunnen de data handmatig naar Heatpump24.com worden overgedragen. Bij verbindingsproblemen verschijnt een waarschuwing.  pagina 42, “Mogelijke oorzaken van verbindingsproble- men” Technische wijzigingen voorbehouden | 83055400kNL – 2.1 | ait-deutschland GmbH...
  • Pagina 44: Programma-Onderdeel "Parallelbedrijf

    Wanneer verwarming of koeling nodig is, schakelt de compressor Programma-onderdeel met de minste bedrijfsuren (looptijd van de compressor) als eer- “Parallelbedrijf“ ste in. Afhankelijk van de behoefte worden verdere compressoren op overeenkomstige wijze ingeschakeld. De afzonderlijke compressoren zijn onafhankelijk van de buitentem- BASISINFORMATIE peratuur altijd vrijgegeven en kunnen niet geblokkeerd worden.
  • Pagina 45: Verbinding

    VERBINDING Voorbeeld 1: Aansluiting van de ethernetpoorten van de bedieningselementen via hub of switch (toebehoren) 4 warmtepompen voor verwarmingsbedrijf, 1 van deze warmtepompen zorgt ook voor de warmtapwaterbereiding ZWE 1 ZWE 1/2 Voorbeeld 2: Aansluiting via de ethernetpoorten van de bedieningselementen 2 warmtepompen alleen voor verwarmingsbedrijf ZWE 1 Voorbeeld 3: Aansluiting via de ethernetpoorten van de bedieningselementen...
  • Pagina 46: Aanvullende Warmteopwekker

    PROGRAMMA-ONDERDEEL SELECTEREN AANVULLENDE WARMTEOPWEKKER Het programmaonderdeel “Parallelbedrijf“ moet door bevoegd Master – verwarmingsmodus servicepersoneel tijdens de inbedrijfstelling worden ingesteld. Voor LWP: ZWE1 en ZWE3 kunnen op de master worden gebruikt, maar al- leen voor verwarmingsmodus. 2e warm.opwek 1 Type: E-element 2e warm.opwek 1 Funktie: Verw en Tw 2e warm.opwek 1 Positie: Geïntegreerd 2e warm.opwek 3 Type: Kessel...
  • Pagina 47: Ip-Adres

    IP-ADRES Netwerkinstelling voor de slave 1: Indien de warmtepompen via een router zijn verbonden, moet op elke warmtepomp de DHCP-optie “Uit” worden ingesteld.  Deel 1 van de gebruiksaanwijzing voor de verwarmings- en warmtepompregelaar, programma-onderdeel “Service“, sec- tie “Systeemaansturing / Webserver“ De netwerkadressen van de warmtepompen moeten handmatig IP-adres van de slave 1.
  • Pagina 48: Instelling Aan De Master

    INSTELLING AAN DE MASTER Status van de master NETWERK Zoek slaves Status In dit menu wordt weergegeven welke informatie de master van de WP zoeken Als “WP zoeken“ wordt geselecteerd, betreffende slave ontvangt wordt het netwerk afgezocht. Mogelijke waarden geen compressor actief AANWIJZING een compressor actief Voor een succesvolle zoekopdracht moeten alle warmte-...
  • Pagina 49: Service Menu

    HysParallel alleen mogelijk met LWP Parallelbedrijf Automatisch = Standaardinstelling Behalve de hysterese voor de verwar- voor normaal bedrijf mingsregelaar is er bij de Parallelbe- Manueel = Instelling alleen voor drijf van LWP-warmtepompen nog servicedoeleinden een hysterese-parallel. Deze moet al- tijd groter zijn dan de hysterese van de verwarmingsregelaar van de mas- ter-warmtepomp.
  • Pagina 50: Storingsdiagnose / Foutmeldingen

    Storingsdiagnose / foutmeldingen Melding Beschrijving Remedie Lage-drukstoring Lagedrukpressostaat f lagedruksensor in koelcircuit heeft WP op lekken, schakelpunt pressostaat, vergrendeling meermaals gereageerd (L/W) of langer dan 20 seconden (S/W). ontdooiing en TA-min controleren. Servdienst bellen Lage-drukstoring Alleen mogelijk bij L/W-apparaten. Lagedruk in WP op lekken, schakelpunt pressostaat, en onderbroken koudemiddelcircuitkoudemiddelcircuit heeft gereageerd.
  • Pagina 51 Melding Beschrijving Remedie Tempdiff tapw. Temperatuurspreiding in de warm-tapwatermodus is negatief Werking en positie van de aanvoer- en Bel installateur a.u.b. (=foutief ). retourvoeler controleren. Tempdiff ABT Temperatuurspreiding in het verwarmingscircuit is > 15 K Werking en positie van de aanvoer- en Bel installateur a.u.b.
  • Pagina 52: Beschrijving

    Melding Beschrijving Remedie Melding TDI Thermische desinfectie kon 5 keer na elkaar niet correct Instelling aanvullende warmteopwekker worden uitgevoerd. en veiligheidstemperatuurbegrenzer controleren. Storing ontdooiing De ontdooiing werd 5 keer na elkaar via de maximale tijd Ventilator en verdamper tegen sterke wind beëindigd (sterke wind op de verdamper).
  • Pagina 53 Melding Beschrijving Remedie Ernstige inverter fout Fout in de inverter. Inverter controleren. LIN/codering niet Het bedieningselement kon geen codering vaststellen Verbindingskabel LIN-coderingsweerstand beschikbaar Ofwel is de LIN-verbinding verbroken, ofwel wordt de controleren. coderingsweerstand niet herkend. Ernstige inverter fout Fout in de voeding van de inverter/compressor. Bekabeling, inverter en compressor controleren.
  • Pagina 54: Resetten Van Een Storing

    Melding Beschrijving Remedie ModBus-verbinding Alle voor het desbetreffende apparaat mogelijke Mod- ModBus-interface op het verloren Bus-communicatiestoringen met apparaatcomponenten zijn bedieningselement, verbindingskabel naar minstens 10 seconden lang tegelijk aanwezig. de ModBus-verdeler alsmede ModBus- Reset automatisch verdeler controleren. Modbus bedrading controleren. Hardware niet ondersteund Softwareversie van de verwarmings- en warmtepompregelaar Voer software update uit is niet compatibel met de geïnstalleerde ASB-hardware.
  • Pagina 55: Technische Gegevens

    Technische gegevens KARAKTERISTIEKEN TEMPERATUURSENSOR t / °C R / kΩ MONTAGE 21,291 Alleen in vorstvrije, droge en tegen weersinvloeden beschermde 16,425 ruimten. 12,773 Omgevingstemperatuur: 0 °C – 35 °C 10,010 Elektrische aansluiting: 230 V AC, 18 VA, 0,1 A 7,903 (max.
  • Pagina 56: Overzicht: Ontdooicyclus, Luchtontdooiing, Aanvoer Max

    MEETGEBIED TEMPERATUURVOELERS Temperatuur- Meetgebied Temperatuurvoelerdefect voelertype -40°C naar 40°C -50°C naar 90°C -5 °C -45°C naar 155°C 75 °C TFB1 -20°C naar 150°C 75 °C TRL ext -40°C naar 40°C 5 °C 0°C naar 100°C 5 °C TVL2/TEH 0°C naar 100°C 5 °C 0°C naar 100°C 5 °C...
  • Pagina 57: Systeeminstelling Bij De Inbedrijfstelling

    Systeeminstelling bij de inbedrijfstelling AANWIJZING De software detecteert automatisch het aangesloten type warmtepomp. Parameters, die voor omstandigheden van de installa- tie c.q. het type warmtepomp niet relevant zijn, worden uitgeregeld. Het kan daarom zijn dat enkele van de in dit overzicht aan- wezige parameters niet op het scherm van uw verwarmings- en warmtepompregelaar verschijnen.
  • Pagina 58 Instelling bij in Parameter Fabrieksinstelling Waardenbereik (instelbare stappen) Toegang bedrijf nemen *) L/W: apparaatafhankelijk Aanvoer max. Gernsw LWDV: 62 °C °C 35 °C – 75 °C (↕1) Servdienst S/W & W/W: 52 °C L/W: 3,0 K Hysterese koeling 1 K – 5,0 K (↕0,5) Install.
  • Pagina 59 Instelling bij in Parameter Fabrieksinstelling Waardenbereik (instelbare stappen) Toegang bedrijf nemen *) Pompoptim Tijd 180 min 5 – 180 min (↕5) Gebruiker Aanlooptijd bronpomp 1 min 1 – 5 min (↕1) Install. Min. Ontdooicyclus 45 min 45 • 60 • 90 • 120 • 180 • 240 • 300 Fabriek Min.tijd insch.2.VD 20 min...
  • Pagina 60 Instelling bij in Parameter Fabrieksinstelling Waardenbereik (instelbare stappen) Toegang bedrijf nemen *) Inverter Freq. blokkade start 0 Hz 0 Hz – 120 Hz (↕1) Install. Freq. blokkade stop 0 Hz 0 Hz – 120 Hz (↕1) Install. Freq. TW Automatisch Automatisch •...
  • Pagina 61: Afkortingen (Selectie)

    Afkortingen (selectie) Afkorting Betekenis Lucht/Water warmtepomp professional- Afkorting Betekenis serie Aanv Aanvoer Lucht/Water warmtepomp binnen met vermogensregeling Ontdooien, flow brinecircuit, doorstroming Mengkraan 1 open Circulatiepomp voor warm-tapwater Menggroep BSUP Bron / Brinepomp Brine/Water warmtepomp met IO-Max- Buitentemperatuur printplaat Mengkraan dicht Circulatiepomp voor warm-tapwater Warm tapwater Lagedruk / Lagedrukpressostaat...
  • Pagina 62 Afkorting Betekenis Temperatuursensor zuiggas compressor Temperatuursensor Temperatuursensor Temperatuur compressorverwarming Temperatuursensor aanvoer Temperatuursensor warmtebron-ingang Temperatuursensor warmtebron-uitgang T-WQ Warmtebrontemperatuur Circulatiepomp Brine-circulatiepomp Compressor Vloerverwarmingscircuit Water/Water warmtepomp Warmtepomp Warm tapwater Water/Water Compact warmtepomp Thermostaat warm tapwater Brine/Water warmtecentrale Brine/Water warmtecentrale (met WZSV vermogensregeling) Circulatiepomp Aanvullende circulatiepomp Aanvullende warmteopwekker AANWIJZING...
  • Pagina 63 Technische wijzigingen voorbehouden | 83055400kNL – 2.1 | ait-deutschland GmbH...
  • Pagina 64 GmbH Industriestraße 3 95359 Kasendorf Germany +49 9228 / 9906-0 +49 9228 / 9906-189 info@alpha-innotec.de www.alpha-innotec.com alpha innotec – een merk van ait-deutschland GmbH Technische wijzigingen voorbehouden.

Deze handleiding is ook geschikt voor:

Luxtronik 2.1

Inhoudsopgave