Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Configureren Voor Tcp/Ip; Ip-Adres Toewijzen Aan De Printer; De Ip-Instellingen Controleren - Lexmark E240 Gebruikershandleiding

Inhoudsopgave

Advertenties

Configureren voor TCP/IP

Als TCP/IP beschikbaar is in uw netwerk, is het raadzaam een IP-adres toe te wijzen aan de printer.

IP-adres toewijzen aan de printer

Als uw netwerk gebruik maakt van DHCP, wordt automatisch een IP-adres toegewezen nadat u de netwerkkabel op de
printer hebt aangesloten.
1
Zoek in dat geval het adres in het gedeelte "TCP/IP" van de pagina met netwerkinstellingen die u in De pagina's
met menu-instellingen en netwerkinstellingen afdrukken op pagina 85 hebt afgedrukt.
2
Ga naar De IP-instellingen controleren op pagina 86 en begin met stap 2.
Als uw netwerk geen gebruik maakt van DHCP, moet het IP-adres handmatig aan de printer worden toegewezen.
Dit gaat eenvoudig met het hulpprogramma voor de installatie van de TCP/IP-afdrukserver.
Raadpleeg de cd met stuurprogramma's die bij de printer is geleverd voor gedetailleerde instructies voor het installeren en
gebruiken van dit hulpprogramma. Start de cd, klik op View Documentation (Documentatie bekijken) en daarna op
Network Printer Install (Netwerkprinter installeren). Zoek naar informatie over Print Server TCP/IP Setup Utility (het
hulpprogramma voor de installatie van de TCP/IP-afdrukserver).
Als u dit hulpprogramma wilt gebruiken, hebt u het 12-cijferige fysieke adres van de printer nodig of het Universally
Administered Address (UAA). Het UAA staat vermeld op de pagina met netwerkinstellingen die u eerder hebt afgedrukt. U
kunt kiezen tussen de MSB of de canonieke vorm van het UAA.

De IP-instellingen controleren

1
Druk opnieuw een pagina met netwerkinstellingen af. Zoek het kopje "TCP/IP" en controleer of voor IP-adres,
Netmask en Gateway de verwachte waarden worden weergegeven.
Zie De pagina's met menu-instellingen en netwerkinstellingen afdrukken op pagina 85 voor meer informatie.
Opmerking: Om op een Windows-computer de MS-DOS-prompt weer te geven, klikt u achtereenvolgens op
Start
Windows 2000 gebruikt).
2
Stuur een ping-opdracht naar de printer en controleer of deze reageert. Typ na de opdrachtprompt op een
netwerkcomputer ping gevolgd door het nieuwe IP-adres van de printer (bijvoorbeeld 192.168.0.11):
Als de printer actief is in het netwerk, ontvangt u een bevestiging.
Configureren voor TCP/IP
Programma's
MS-DOS-prompt (of Bureau-accessoires
86
MS-DOS-prompt als u

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Deze handleiding is ook geschikt voor:

E240n

Inhoudsopgave