Indicaties voor gebruik
Waarschuwingen en voorzorgsmaatregelen (Vervolg)
Conform de Europese richtlijn voor het verwijderen van elektrische en elektronische apparatuur (AEEA) 2002/96/EG
mag dit product niet worden verwijderd als ongesorteerd gemeentelijk afval. Dit apparaat bevat AEEA-materialen: neem
contact op met uw distributeur over inzameling of recycling van het apparaat. Als u niet zeker weet hoe u uw distributeur
kunt bereiken, belt u Nonin voor de contactgegevens van uw distributeur.
Om mogelijk verlies van bewaking of onjuiste gegevens te voorkomen, dient u alle objecten te verwijderen die
pulsdetectie en -meting kunnen hinderen (bv. bloeddrukmanchetten).
Als het gehele geheugen vol is, worden delen van de oudste opname gewist zodra er een nieuwe opname wordt gestart.
Dit hulpmiddel dient het percentage arteriële zuurstofverzadiging van functionele hemoglobine te bepalen. Factoren die
de prestaties van de pulsoximeter of de nauwkeurigheid van de meting ongunstig kunnen beïnvloeden, zijn onder meer:
- te fel omgevingslicht
- overmatige beweging
- storing door elektrochirurgie
- zaken die de doorbloeding beperken (arteriële
katheters, bloeddrukmanchetten, infuusslangen etc.)
- vocht in de sensor
- verkeerd aangebrachte sensor
- verkeerd sensortype
- kwalitatief slechte hartslag
- veneuze kloppingen
Vermijd blootstelling aan pluisjes en stof wanneer u de monitor binnenshuis gebruikt.
Laat de monitor niet onbeheerd achter wanneer u deze in een omgeving met kleine kinderen en huisdieren gebruikt.
Kabels houden een risico op letsel, inclusief beknelling, in.
Gebruik van een functietester voor het beoordelen van de nauwkeurigheid van een pulsoximetermonitor of sensor is
niet mogelijk.
Alle onderdelen en accessoires die worden aangesloten op de seriële poort van dit hulpmiddel moeten goedgekeurd
zijn volgens ten minste IEC- norm EN 60950, IEC 62368-1 of UL 1950 voor gegevensverwerkingsapparatuur.
Gebruik van dit hulpmiddel onder de minimumamplitude van 0,3% voor modulatie kan inaccurate resultaten veroorzaken.
Gebruik de voeding niet als u twijfelt aan de toestand van het netsnoer of het stopcontact.
Bij het uitvallen van een netwerkgegevensverbinding (seriële kabel/connectoren) gaat de gegevensoverdracht verloren.
- bloedarmoede of lage hemoglobineconcentraties
- indocyanine groen en andere intravasculaire
kleurstoffen
- carboxyhemoglobine
- methemoglobine
- disfunctionele hemoglobine
- kunstnagels of nagellak
- sensor niet ter hoogte van hart
- residu (bv. opgedroogd bloed, vuil, vet, olie) in de
lichtbaan.
3