Pagina 1
MIDDENSPANNINGSBORD HET MODULAIR CONCEPT Montagehandleiding THE SPECIALIST IN MEDIUM VOLTAGE SWITCHGEAR SGC nv - SwitchGear Company - Moorstraat 24 - B-9850 Nevele Tel: +32 (0)9/321.91.12 - Fax: +32 (0)9/321.91.13 - e-mail: info@switchgearcompany.be - www.switchgearcompany.be...
Pagina 2
Company kan derhalve niet aansprakelijk worden gesteld voor eventuele schade voortvloeiend uit de van de standaard uitvoering afwijkende specificaties van het middenspanningsbord. De beschikbare informatie is met alle mogelijke zorg samengesteld, maar SGC nv - SwitchGear Company kan niet aansprakelijk worden gesteld voor eventuele fouten in de informatie of voor de gevolgen daarvan.
Identificatie van de cellen ......................ix Algemene veiligheidsvoorschriften en –instructies ..............x Gebruik volgens bestemming ....................xii 1 Algemene beschrijving ............... 1-1 DF-2, het modulair concept ................. 1-1 Compartimentatie ....................1-2 2 Afmetingen en gewichten ..............2-1 DF-A cel ......................2-1 DF-A cel ......................
Pagina 4
4 Uitpakken ..................... 4-1 5 Opstelling ..................... 5-1 6 Samenbouw van cellen ............... 6-1 Koppeling van de cellen ..................6-1 6.1.1 Kit........................6-1 6.1.2 Voorbereidingen ....................6-1 6.1.3 Montagevoorschrift ....................6-2 Montage van de aardingskoper-verbindingsstukken ..........6-3 6.2.1 Kit........................6-3 6.2.2 Voorbereidingen ....................
Pagina 5
6.7.2 Voorbereidingen ....................6-23 6.7.3 Montagevoorschrift .................... 6-23 Terugplaatsen van de deur ................6-24 ARC-killer ......................6-25 6.9.1 DF-A-cel ......................6-25 6.9.2 DF-D-cel......................6-25 6.10 Meten van de fasevolgorde ................6-25 6.11 Eerste inbedrijfstelling ..................6-25 6.12 Aansluiten van de vaste vermogenschakelaar ..........6-26 6.12.1 Uitrijden van de vaste vermogenschakelaar (DF-D) ..........
Pagina 6
DA-M – Sleutelvergrendelingen op de 7.2.4.3 lastscheidingsschakelaar/aardingsschakelaar ........... 7-28 7.2.4.3.1 Montagevoorschriften ..................7-28 Uitschakelspoelen ..................... 7-29 7.3.1 Voorbereidingen ten behoeve van de montage ..........7-29 7.3.2 Montage van uitschakelspoelen - algemeen ............7-30 7.3.3 Eindcontrole en inbedrijfstelling ................. 7-30 Montage van uitschakelspoelen – specifiek (per aandrijfmechanisme) ....7-30 7.3.4 DP, DP-M, DP-A, DP-A-M –...
VOORWOORD Dit document Dit document is bedoeld als naslagwerk waarmee daartoe bevoegde en opgeleide operators het middenspanningsbord op veilige en economische wijze kunnen installeren. In dit document wordt het begrip "middenspanningsbord" gebruikt om een willekeurige – maar in de praktijk voorkomende- combinatie van DF2-cellen aan te duiden die, onderling gekoppeld en verbonden, een klantspecifieke transformatie- of distributiepost vormen.
VOORZICHTIG Afklemminggevaar Opmerkingen, suggesties en adviezen Maak de betreffende cel, de direct volgende en de voorafgaande cel spanningsloos alvorens de beschreven werkzaamheden uit te voeren. Open zowel de lastscheidings- als de aardingsschakelaar alvorens de beschreven werkzaamheden uit te voeren. Raadpleeg eerst de aangegeven informatiebronnen. Bescherm het middenspanningsbord tegen water of vocht.
Service en technische ondersteuning Voor informatie betreffende specifieke afstellingen, onderhouds- of reparatie-werkzaam- heden die hier niet worden behandeld, gelieve contact op te nemen met SGC nv - SwitchGear Company Vermeld in zo'n geval altijd de volgende gegevens: celtype en voltage ...
Algemene veiligheidsvoorschriften en –instructies SGC nv - SwitchGear Company aanvaardt geen enkele aansprakelijkheid voor schade of letsel veroorzaakt door het niet (strikt) naleven van de veiligheidsvoorschriften en – instructies, dan wel door onachtzaamheid tijdens de installatie van het middenspanningsbord en de eventuele bijbehorende opties.
Pagina 11
Vervang of herstel onmiddellijk onleesbaar geworden of beschadigde pictogrammen, symbolen en instructies. Neem hiertoe contact op met SGC nv - SwitchGear Company. Operators Het verrichten van de beschreven werkzaamheden (transport, installatie, gebruik en...
Gebruik volgens bestemming Het middenspanningsbord is uitsluitend ontworpen om te worden gebruikt als transformatie- of distributiepost, zulks conform de door SGC nv - SwitchGear Company verstrekte specificaties en condities. Elk ander of verdergaand gebruik geldt niet als conform de bestemming Voor hieruit eventueel voortvloeiende schade of letsel aanvaardt SGC nv - SwitchGear Company geen enkele aansprakelijkheid.
ALGEMENE BESCHRIJVING DF-2, het modulair concept Het DF-2 concept van SGC nv - SwitchGear Company biedt de mogelijkheid om op een rationele en economische wijze elke gewenste transformatie- of distributiepost op maat samen te stellen door gebruik te maken van een aantal functionele basismodules: de DF-2 cellen.
"Bedienings- en laagspanningscompartiment" (fig. 1.01A) Bij DF-2 cellen zonder schakelfunctie (DF-C-750, DF-C-500, DF-T en DF-K) is in mindere mate sprake van modulariteit. Deze cellen kenmerken zich door de aanwezigheid van resp.: voorzieningen voor het binnenbrengen van de voedingskabels ...
3.1.2.1 Vloeroppervlakte De ondergrond waarop het middenspanningsbord moet worden geplaatst, moet voldoende stevig en geheel vlak zijn. Het maximaal toelaatbare niveauverschil bedraagt 2 mm/m. 3.1.2.2 Omgevingscondities De DF-2 cellen zijn ontworpen voor binnenopstelling onder de volgende omgevingscondities: omschrijving waarde omgevingstemperatuur min.
Vermijd opstelling in omgevingen waarin de cellen met agressieve gassen of vloeistoffen in contact kunnen komen. Neem contact op met SGC nv - SwitchGear Company wanneer de cellen moeten worden opgesteld in ruimten waar de gegeven omgevingscondities niet kunnen worden gegarandeerd.
3.1.2.5 Afmetingen van de toegangsdeuren van de opstellingsruimte De gegeven hoogte- en breedtematen gelden voor alle deuren die toegang bieden tot de opstellingsruimte. Deze minimum deurmaten gelden dus ook indien de opstellingsruimte niet rechtstreeks van buitenaf toegankelijk is. omschrijving waarde hoogte van de toegangsdeur min.
3.1.2.8 Schematische afbeelding Vrije ruimte Vrije ruimte Zijplaten Zijplaten Minimale vrije ruimte Minimale vrije ruimte Vrije hoogte van het lokaal = 2200 mm minimum Vrije hoogte van het lokaal = 2200 mm minimum Versies AA31 en AA32 Versies AA31 en AA32 Verlengd dak voor BB10 / BB20 Verlengd dak voor BB10 / BB20 VersiesAA31 et AA32...
BEMERKING MET BETREKKING TOT DE MONTAGE VAN DE CELLEN. SGC nv - SwitchGear Company installeert altijd zelf zijn cellen. Dit werk wordt nooit aan onderaannemers noch aan installateurs over gelaten. Het personeel van SGC nv - SwitchGear Company beschikt over de noodzakelijke ervaring betreffende de installatie van de cellen volgens de regels en de toepasbare normen in België...
Pagina 29
Eenduidige benaming van de cellen, specifiek voor de Belgische markt Toegankelijk- Categorie Type Beschrijving heid Code Klasse Scheiding DF-A Aankomstcel met AA31 LSC2A lastscheidingsschakelaar. 16kA 1s DF-A Aankomstcel met AA32 LSC2A Arc Killer lastscheidingsschakelaar uitgerust 16kA 1s met een Arc Killer. DF-A Aankomstcel met AA10/...
UITPAKKEN De DF-2 cellen worden standaard verpakt in beschermfolie en bevestigd op een euro- pallet. De meest geschikte plaats voor het uitpakken van de cellen is vanzelfsprekend de definitieve opstellingsruimte. Knip of snijd de spanbanden door waarmee de cel op de pallet is bevestigd.
Pagina 33
DF-D Cellen DF-D cellen zijn voorzien van een lastscheidingsschakelaar en een aardingsschakelaar en worden standaard geleverd in de stand: ‘lastscheidingsschakelaar open – aardingsschakelaar gesloten’. In deze stand is de deur altijd afneembaar. De vermogensschakelaars zijn in de cellen geplaatst maar niet aangesloten. De soepele verbindingen zijn reeds op de vermogensschakelaar gemonteerd.
OPSTELLING Raadpleeg de opstellingstekening(en), het elektrische schema en de grondplannen (fig. 4.01) vóórdat u met de feitelijke opstelling van het middenspanningsbord begint. DW604112...
Pagina 35
In geval er gebruikt dient gemaakt te worden van sokkels onder de cellen dan zijn enkel sokkels van SGC toegelaten. Deze zijn verkrijgbaar in laterale of frontale uitvoering en van 200 tot 700mm hoogte. Plaats de cel op de sokkel en bevestig via de voorziene gaten.
SAMENBOUW VAN CELLEN Bij het samenbouwen van de cellen gelden de volgende belangrijke stappen: koppeling van de cellen montage van de aardingskoper-verbindingsstukken montage van de barenstellen montage van de eindpanelen Koppeling van de cellen Voor het onderling koppelen van cellen is, per cel, een speciale kit beschikbaar. 6.1.1 bestel- omschrijving...
6.1.3 Montagevoorschrift Verbind de cellen ter hoogte van de dakpanelen met behulp van vier zeskant tapbouten M8x20 (fig. 4.05A), vier getande waaierveerringen Ø M8 (fig. 4.05D) en vier zeskant moeren M8 (fig. 4.05E). Draai het geheel handvast. Verbind de zijvlakken van de cellen met behulp van vier zeskant tapbouten M8x20 (fig.
Montage van de aardingskoper-verbindingsstukken Voor het verbinden van de aardingslatten (fig. 4.07D) aan de onderzijde van cellen is, per cel, een speciale kit beschikbaar. 6.2.1 bestel- omschrijving aantal pos. nr nummer CU317843 Aardingskoper fig. 4.06A verbindingsstuk, DF 17,5/24 kV Het aardingskoper-verbindingsstuk maakt deel uit van de kit waarin ook de barenstellen (en hun bevestigingsmaterialen) zitten.
Montage van de barenstellen Indien aan de zijkanten van de cellen voldoende ruimte beschikbaar is, kunnen de barenstellen via de opening in de zijwanden worden gemonteerd. Indien dit niet het geval is (bijv. wanneer tegen de eindcel een trans- formatorcel is geplaatst), moet veelal het dakpaneel (fig.
6.3.1.2 Kit DS178001 kitsamenstelling bestel- omschrijving aantal pos.nr nummer CU317807 Barenstel, DF-A/P fig. 4.09A L=550 17,5 kV CU317843 Aardingskoper fig. 4.09B verbindingsstuk, DF 17,5/24 kV GR017800 set bevestigings- fig. 4.09C materiaal Voor de montage van het aardingskoper-verbindingsstuk zie "Montage van de aardingskoper-verbindingsstukken".
6.3.1.6 Kit DS178005 kitsamenstelling bestel- omschrijving aantal pos.nr nummer CU317811 Barenstel, DF-D fig. 4.09A L=800 17,5 kV CU317843 Aardingskoper fig. 4.09B verbindingsstuk, DF 17,5/24 kV GR017800 set bevestigings- fig. 4.09C materiaal Voor de montage van het aardingskoper-verbindingsstuk zie "Montage van de aardingskoper-verbindingsstukken".
6.3.2 Middenspanningsborden van 1.250 A - beschikbare kits voor barenstellen De inhoud van de montage-kits voor barenstellen kan variëren, afhankelijk van het aantal middels de barenstellen te verbinden cellen. Elke montage-kit wordt geleverd in een degelijke, losse verpakking. 6.3.2.1 Kit DS178011 kitsamenstelling bestel- omschrijving...
6.3.3 Middenspanningsborden (800 A) van twee cellen Middenspanningsborden van twee cellen worden met één barenstel verbonden. 6.3.3.1 Voorbereidingen Zorg ervoor dat het gehele middenspanningsbord spanningsloos is. 6.3.3.2 Montagevoorschrift Voor de inhoud van de kit, zie de tabel. Plaats de baren (fig. 4.11A) op de Cu-contacten (fig. 4.11E) van de lastscheidingsschakelaars.
6.3.4 Middenspanningsborden (800 A) van drie (of een ander oneven aantal) cellen Bij middenspanningsborden waarin drie (of een ander oneven aantal) cellen middels de barenstellen moeten worden verbonden, wordt het tweede barenstel op het eerste barenstel gemonteerd, het vierde barenstel op het derde barenstel, etc. In de laatste cel (eindcel) moet onder elke baar een sluitstuk worden gemonteerd.
Bevestig de baren en de sluitstukken met behulp van het meegeleverde bevestigingsmateriaal (fig. 4.12C): zeskant tapbouten M12x35 (fig. 4.12H) getande waaierveerringen Ø M12 (fig. 4.12G) vlakke sluitringen Ø M12 (fig. 4.12F). Zet de zeskant tapbouten vast met een aanhaalmoment van 35 Nm. 6.3.5 Middenspanningsborden (800 A) met vier (of een ander even aantal) cellen Bij middenspanningsborden waarin vier (of een ander even aantal) cellen middels de...
6.3.5.2 Montagevoorschrift Voor de inhoud van de kit, zie de tabel. Plaats de baren (fig. 4.13A) afwisselend op de Cu-contacten (fig. 4.13E) van de lastscheidingsschakelaars of op de voorgaande en volgende baar. Bevestig de baren met behulp van het meegeleverde bevestigingsmateriaal (fig.
6.3.6 Middenspanningsborden (1.250 A) van twee cellen Middenspanningsborden van twee cellen worden met één dubbel barenstel verbonden. 6.3.6.1 Voorbereidingen Zorg ervoor dat het gehele middenspanningsbord spanningsloos is. 6.3.6.2 Montagevoorschrift Voor de inhoud van de kit, zie de tabel. Plaats de onderste baren (fig. 4.31A) op de Cu-contacten (fig. 4.31E) van de lastscheidingsschakelaars.
Bevestig het geheel met behulp van het meegeleverde bevestigingsmateriaal (fig. 4.31C): bolkopschroeven M12x55 (fig. 4.31H) getande waaierveerringen Ø M12 (fig. 4.31G) vlakke sluitringen Ø M12 (fig. 4.31F). Zet de bolkopschroeven vast met een aanhaalmoment van 35 Nm. 6.3.7 Middenspanningsborden (1.250 A) van drie (of een ander oneven aantal) cellen...
6.3.7.2 Montagevoorschrift Voor de inhoud van de kit, zie de tabel. Plaats de dubbele barenstellen (fig. 4.32A) en de sluitstukken (fig. 4.32D) op de afgebeelde wijze op de Cu-contacten (fig. 4.32E) van de lastscheidingsschakelaars. Bevestig het geheel met behulp van het meegeleverde bevestigingsmateriaal (fig. 4.32C): bolkopschroeven M12x55 (fig.
6.3.8 Middenspanningsborden (1.250 A) met vier (of een ander even aantal) cellen Bij middenspanningsborden waarin vier (of een ander even aantal) cellen middels de dubbele barenstellen moeten worden verbonden, wordt het tweede dubbele barenstel trapsgewijs op het eerste en het derde dubbele barenstel gemonteerd, het vierde dubbele barenstel op het derde en het vijfde dubbele barenstel, etc.
4.14G De montagekit bevat tevens de volgende items: bestelnummer omschrijving aantal DF045600 bedieningshandgreep pancarte DF-2 / vitale 5 – Rev.1 TO400001 AG400001 DW602110 gebruikershandleiding DF-2 middenspanningsbord Hang de pancarte op een duidelijke zichtbare plaats in de opstellingsruimte op. 6.4.2...
6.4.3 Montagevoorschrift Plaats het eindpaneel (fig. 4.15G) tegen de zijwand van de cel, zodanig dat de gatenpatronen van het eindpaneel en de zijwand overeenkomen. Bevestig het eindpaneel met behulp van het meegeleverde bevestigingsmateriaal: de zeskant tapbout M8 (fig. 4.15C), een getande waaierveerring Ø M8 (fig. 4.15H) ...
Invetten van de aardingsschakelaar, de aardmeslepels en de aardingsblokjes Bij DF-2 cellen met een aardingsschakelaar moeten de volgende onderdelen worden voorzien van een dun, gelijkmatig aangebracht laagje van het meegeleverde SGC nv - SwitchGear Company -vet (bestelnummer: GR002002): aardingsschakelaar ...
(andere bodemplaten nodig) Aansluiting van de kabels mag uitsluitend worden uitgevoerd door daartoe opgeleid en geautoriseerd personeel in dienst van de stroomleverende maatschappij, met gebruikmaking van het door SGC nv - SwitchGear Company verstrekte bevestigingsmateriaal. De kabels mogen elkaar nooit kruisen.
6.7.2 Voorbereidingen Zorg ervoor dat de betreffende cel spanningsloos is. 6.7.3 Montagevoorschrift Draai, per kabelsteun (fig. 4.19G), de zeskant tapbouten enkele slagen los zodat de kabelsteun in diepte verstelbaar is. Afhankelijk van de kabeldikte kan het noodzakelijk zijn de kabelsteunen compleet te demonteren.
Plaats de tweede bodemplaat (fig. 4.22A) in de cel, zodanig dat het doorvoerrubber door de twee bodemplaten wordt gefixeerd. Bevestig de bodemplaat aan weerszijden aan het frame met behulp van de flensbout (fig. 4.22C), de getande waaierveerring (fig. 4.22D) en de moer (fig.
ARC-killer 6.9.1 DF-A-cel 6.9.2 DF-D-cel Hierbij mogen de deuren niet gewisseld worden. 6.10 Meten van de fasevolgorde De fasevolgorde wordt veelal tussen DF-A cellen gemeten. Via de spanningsindicatoren (fig. 4.24A) op het frontpaneel kan de fasevolgorde eenvoudig worden gemeten. Meet met behulp van een spanningsmeter (fig.
6.12 Aansluiten van de vaste vermogenschakelaar 6.12.1 Uitrijden van de vaste vermogenschakelaar (DF-D) Maak de betreffende cel spanningsloos. Zie "Veiligheidsvoorschriften – onderhoud". Verwijder de deur. Zie "Uitpakken". Maak de bovenste aansluitingen van de vermogenschakelaar los: Draai de moer (fig. 6.01D) los. ...
Voorkom beschadiging van het aardingscontact (fig. 6.01I) op de slede van de vermogenschakelaar. Rijd de vermogenschakelaar voorzichtig uit. Nu de vermogenschakelaar uit de cel is verwijderd, kan op eenvoudige wijze het relais van de vermogenschakelaar worden getest. 6.12.2 Aansluiten van de VA-2 vaste vermogenschakelaar De cel staat opgesteld en zowel de cel als de vermogenschakelaar is spanningsloos.
Pagina 63
Begin best met de fase aan de rugzijde van de cel en werk naar voren toe. De contactborgringen hebben 4 contactpunten, deze punten wijzen altijd weg van de boutkop of moer. Maak de bovenste soepele stressen van de vermogenschakelaar vast aan het aansluitkoper dat op de lastscheidingsschakelaar staat.
6.12.4 Vervangen van de smeltveiligheden (DF-P cel) Plaats de nieuwe smeltveiligheden. Begin achter in de cel en werk stelselmatig naar de deuropening toe: Let erop dat de slagstiften (fig. 6.05E) zich aan de bovenzijde bevinden. De pijl (fig. 6.05D) moet naar boven wijzen. ...
MONTAGE VAN OPTIES Voor DF-2 cellen met een schakelfunctie zijn verschillende aandrijfmechanismen mogelijk. Voor een compleet overzicht van de mogelijke aandrijfmechanismen per celtype, alsmede de werking van de verschillende aandrijfmechanismen, zie de Technische Brochure (bestelnummer: AG601101). Afhankelijk van het aanwezige aandrijfmechanisme kunnen bovendien één of meerdere...
Hulpcontacten Hulpcontacten kunnen op verschillende plaatsen op het aandrijfmechanisme worden bevestigd en hebben altijd een signalerende functie: hulpcontacten op de as van de lastscheidingsschakelaar signaleren de stand van de lastscheidingsschakelaar hulpcontacten op de as van de aardingsschakelaar signaleren de stand van de ...
De tabel met bijbehorende figuur toont de samenstelling van een standaard enkelvoudig hulpcontact. Deze samenstelling is altijd van toepassing, onafhankelijk van de functie van het hulpcontact en het type aandrijfmechanisme. Voor nadere informatie en gedetailleerde montagevoorschriften per specifieke montage-kit, zie "Montage van hulpcontacten - specifiek (per aandrijfmechanisme)"...
Monteer de draagplaat met de hulpcontacten (fig. 10.16A) met behulp van de cilindrische schroeven (fig. 10.16C) en de getande waaierveerringen (fig. 10.16B) op de steunplaat (fig. 10.16D) voor de uitschakelspoel. De steunplaat is hiertoe voorzien van gaten. Voorkom beschadiging van het hulpcontact door de indicator (fig. 10.16E). Zorg ervoor dat het wieltje van het hulpcontact naar beneden wijst.
Monteer de draagplaat met de hulpcontacten (fig. 10.12A) met behulp van de cilindrische schroeven (fig. 10.12C) en de getande waaierveerringen (fig. 10.12B) op de voorplaat (fig. 10.12D). De voorplaat is hiertoe voorzien van gaten. 7.1.4.3 DA-K-M – Hulpcontact(en) op de lastscheidingsschakelaar Voor de montage van hulpcontacten op de lastscheidingsschakelaar van het DA-K-M- aandrijfmechanisme zijn meerdere montage-kits beschikbaar.
Monteer de draagplaat met de hulpcontacten (fig. 10.10A) met behulp van de cilindrische schroeven (fig. 10.10C) en de getande waaierveerringen (fig. 10.10B) op de voorplaat (fig. 10.10D). De voorplaat is hiertoe voorzien van gaten. 7.1.4.4 DA-EDN-D – Hulpcontact(en) op de lastscheidingsschakelaar Voor de montage van hulpcontacten op de lastscheidingsschakelaar van het DA-EDN-D- aandrijfmechanisme zijn meerdere montage-kits beschikbaar.
Monteer de draagplaat met de hulpcontacten (fig. 10.14A) met behulp van de cilindrische schroeven (fig. 10.14C) en de getande waaierveerringen (fig. 10.14B) op de achterplaat (fig. 10.14D). De achterplaat is hiertoe voorzien van gaten. 7.1.4.5 DA-M – Hulpcontacten t.b.v. sleutelvergrendelingen op de lastscheidingsschakelaar/aardingsschakelaar Voor de montage van hulpcontacten ten behoeve van sleutelvergrendelingen op de lastscheidingsschakelaar en/of aardingsschakelaar van het DA-M- aandrijfmechanisme...
Onderstaand voorbeeld behandelt de montage van hulpcontacten bij de sleutelvergren- delingen van de lastscheidingsschakelaar. De wijze van montage is identiek aan die van de aardingsschakelaar. 7.1.4.5.1 Beschikbare hulpcontacten bestelnummer omschrijving OP401001 1x hulpcontact - wiel, linkse uitvoering, op draagplaat voor 1 hulpcontact OP401011 1x hulpcontact - wiel, linkse uitvoering, op draagplaat voor 2...
Monteer de draagplaat met de hulpcontacten (fig. 10.08A) met behulp van de cilindrische schroeven (fig. 10.08B) en de getande waaierveerringen (fig. 10.08C) op de voorplaat (fig. 10.08D). De voorplaat is hiertoe voorzien van gaten. Bij sleutelvergrendelingen (fig. 10.08E) op de lastscheidingsschakelaar moet te allen tijde een hulpcontact worden gemonteerd.
7.1.4.6.2 Montagevoorschriften Voor voorbereidende en afsluitende werkzaamheden, zie resp. “Voorbereidingen ten behoeve van de montage” en “Eindcontrole en inbedrijfstelling”. Plaats de zeskant tapbouten (fig. 10.04E) met de getande waaierveerringen (fig. 10.04D) in de gaten van de voorplaat (fig. 10.04F). ...
7.1.4.7 DA-M – Hulpcontacten op de aardingsschakelaar Voor de montage van hulpcontacten op de aardingsschakelaar van het DA-M- aandrijfmechanisme zijn meerdere montage-kits beschikbaar. De samenstelling van deze montage-kits varieert, afhankelijk van factoren als: aantal bestelde hulpcontacten uitvoering (links of rechts) van de hulpcontacten ...
7.1.4.7.2 Montagevoorschriften Voor voorbereidende en afsluitende werkzaamheden, zie resp. “Voorbereidingen ten behoeve van de montage” en “Eindcontrole en inbedrijfstelling”. Demonteer het bestaande hulpcontact: Verbreek de stekkerverbindingen. Draai de cilindrische schroeven (fig. 10.06B) los. Verwijder getande waaierveerringen (fig. 10.06C). ...
Zie onderstaande tabel. bestelnummer omschrijving aantal pos. nr OP501111 1x hulpcontact, fig. 10.17A aangepast voor signalering status smeltveiligheden GR041604 DIN 6798A Ø M4 fig. 10.17B getande waaierveerring GR040909 DIN 912 M4x6 fig. 10.17C cilindrische schroef GR040738 DIN84 M5x 40 fig.
Pagina 84
Plaats de cilindrische schroef (fig. 10.18D) in de aanduider (fig. 10.18H). Schroef de borgmoer (fig. 10.18F) op de schroef. Draai de borgmoer zover mogelijk aan totdat de aanduider nog vrij kan ronddraaien op de schroef. Schroef de moer (fig. 10.18E ) ca.
De stang (fig. 10.18J) van het hulpcontact moet naar beneden wijzen en moet op de nylon lagerbus rusten. De uitsparing in de aanduider moet komen tussen de moer en de kop van de schroef (fig. 10.18G). Stel, indien nodig, de schroef af: ...
7.1.4.9.1 Montagevoorschriften Voor voorbereidende en afsluitende werkzaamheden, zie resp. “Voorbereidingen ten behoeve van de montage” en “Eindcontrole en inbedrijfstelling”. Plaats de cilindrische schroef (fig. 10.18D) in de aanduider (fig. 10.18H). Schroef de borgmoer (fig. 10.18F) op de schroef. Draai de borgmoer zover mogelijk aan totdat de aanduider nog vrij kan ronddraaien op de schroef.
Monteer de draagplaat met het hulpcontact en de aanduider met behulp van de cilindrische schroeven (fig. 10.18C) en de getande waaierveerringen (fig. 10.18B) op de steunplaat (fig. 10.18L) voor de uitschakelspoel. De steunplaat is hiertoe voorzien van gaten. De stang (fig. 10.18J) van het hulpcontact moet naar beneden wijzen en moet op de nylon lagerbus rusten.
Demonteer het frontpaneel: Draai de vier zeskant tapbouten (fig. 10.01C) los. Verwijder de vier veerringen (fig. 10.01B). Neem het frontpaneel (fig. 10.01A) weg. 7.2.2 Montage van sleutelvergrendelingen - algemeen Voor montage van sleutelvergrendelingen zijn speciale montage-kits beschikbaar. De samenstelling van deze montage-kits en, dientengevolge, de methode en/of volgorde van montage varieert afhankelijk van factoren als: type aandrijfmechanisme...
7.2.3 Eindcontrole en inbedrijfstelling De volgende werkzaamheden moeten altijd worden uitgevoerd na montage van één of meerdere sleutelvergrendelingen: Controleer of de bevestigingsmaterialen goed vast zitten. Controleer de werking van de sleutelvergrendelingen. Monteer, indien de sleutelvergrendelingen op de lastscheidingsschakelaar van motorbediende aandrijfmechanismen zijn geplaatst, te allen tijde de bijbehorende hulpcontacten.
Pagina 90
Draai de vier zeskant bouten (fig. 10.55E) van de voorplaat enkele slagen los. Trek de voorplaat (fig. 10.55F) naar voren totdat er voldoende ruimte tussen de voorplaat en de achterplaat ontstaat. Monteer de sleutelvergrendelingen (fig. 10.55A) met behulp van de cilindrische schroeven (fig.
7.2.4.2 DP – Sleutelvergrendeling op de lastscheidingsschakelaar Voor de montage van de sleutelvergrendeling op de lastscheidingsschakelaar van het DP- aandrijfmechanisme is een specifieke montage-kit beschikbaar. Zie onderstaande tabel. bestelnummer omschrijving aantal pos. nr OP100000 Ronis-slot, incl. sleutel fig. 10.56A GR040922 DIN 912 M5x25 cilindrische schroef fig.
Pagina 92
7.2.4.2.1 Montagevoorschriften Voor voorbereidende en afsluitende werkzaamheden, zie resp. “Voorbereidingen ten behoeve van de montage” en “Eindcontrole en inbedrijfstelling”. Draai de vier zeskant bouten (fig. 10.57H) van de voorplaat enkele slagen los. Trek de voorplaat (fig. 10.57I) naar voren totdat er voldoende ruimte tussen de voorplaat en de achterplaat ontstaat.
7.2.4.3 DA-M – Sleutelvergrendelingen op de lastscheidingsschakelaar/aardingsschakelaar Voor de montage van de twee sleutelvergrendelingen op de lastscheidingsschakelaar en/of aardingsschakelaar van het DA-M- aandrijfmechanisme volstaat, per schakelaar, de standaard set. Onderstaand voorbeeld behandelt de montage van de sleutelvergrendelingen op de lastscheidingsschakelaar. De wijze van montage is identiek aan die van de sleutelvergrendelingen op de aardingsschakelaar.
Monteer de sleutelvergrendelingen (fig. 10.51A) met behulp van de cilindrische schroeven (fig. 10.51B) en de contactborgringen (fig. 10.51C) op de voorplaat (fig. 10.51D). De afgeronde zijde van de grendel (fig. 10.51E) moet probleemloos in de uitsparing van de as van de schakelaar vallen. Uitschakelspoelen Op het aandrijfmechanisme van cellen met een smeltveiligheidscombinatie kunnen uitschakelspoelen worden gemonteerd.
Demonteer het frontpaneel: Draai de vier zeskant tapbouten (fig. 10.01C) los. Verwijder de vier veerringen (fig. 10.01B). Neem het frontpaneel (fig. 10.01A) weg. 7.3.2 Montage van uitschakelspoelen - algemeen Voor de montage van de uitschakelspoelen zijn speciale montage-kits beschikbaar. De samenstelling van deze montage-kits en, dientengevolge, de methode en/of volgorde van montage varieert afhankelijk van het type uitschakelspoel.
Zie onderstaande tabel. bestelnummer omschrijving aantal pos. nr OP200110 uitschakelspoel 5%, 110 VDC fig. 10.70A GR040909 DIN 912 M4x6 cilindrische schroef fig. 10.70B GR041604 DIN 6798A Ø M4 getande waaierveerring fig. 10.70C GR041101 DIN 985 borgmoer nylon ring M2,5 fig.
Pagina 97
Demonteer de voorplaat (fig. 10.71G): Draai de vier zeskant tapbouten (fig. 10.71H) los. Neem de voorplaat af. Monteer de compleet voorgemonteerde uitschakelspoel (fig. 10.71A): Bevestig de uitschakelspoel (bovenzijde) met behulp van de cilindrische schroeven (fig. 10.71B) en de getande waaierveerringen (fig.
Plaats het uiteinde van de stang van de uitschakelspoel over het draadeinde van de zeskant tapbout. De stang is hiertoe voorzien van een sleufgat. Monteer de tweede zeskant moer (fig. 10.72D), met een druppeltje Loctite 270, op het draadeinde van de zeskant tapbout en draai de zeskant moer zover totdat ca. 3 mm van de zeskant tapbout uitsteekt.
7.4.2 Montage van minima-spoelen - algemeen Voor de montage van de minima-spoelen zijn speciale montage-kits beschikbaar. Voor nadere informatie en gedetailleerde montagevoorschriften per specifieke montage- kit, zie "Montage van minima-spoelen - specifiek (per aandrijfmechanisme)". Montage van minima-spoelen zonder vertraging geschiedt op identieke wijze als de montage van minima-spoelen met vertraging met uitzondering van het instellen van de tijdsvertraging.
Zie onderstaande tabel. bestelnummer omschrijving aantal pos. nr OP301230 geassembleerde minima met minuterie, fig. 10.73A 230 VAC/DP GR040972 zelfborgende cilindrische schroef, inbus, fig. 10.73B M6x10, RIPP 7.4.4.1.2 Montagevoorschriften Voor voorbereidende en afsluitende werkzaamheden, zie resp. “Voorbereidingen ten behoeve van de montage” en “Eindcontrole en inbedrijfstelling”. DW604112 7-35...
Pagina 101
Monteer de compleet voorgeassembleerde minima- spoel (fig. 10.74A): Houd de minima-spoel met de minuterie (fig. 10.74D) naar de voorzijde. Schuif de uittriplat door de uitsparing (fig. 10.74E) in de steunplaat. Let erop dat de cilindrische schroef (fig. 10.74F) precies op de elastische splitpen (fig.
Pagina 102
Stel de vertraging van de minima-spoel in: Verdraai de hendel (fig. 10.77A) links- of rechtsom. Hendel volledig linksom: geen vertraging Hendel volledig rechtsom: vertraging van 3 à 4 seconden. Controleer de werking van de minima-spoel. DW604112 7-37...