SPECIALE FUNCTIES
■ Procedure voor het invoegen van voor- en achterkaftpapier
Het papier voor de voorkaft wordt voorkaftpapier genoemd ("VOORKAFT" in het toetspaneel). Het papier voor
de achterkaft wordt achterkaftpapier genoemd ("ACHTERKAFT" in het toetspaneel).
●Voorbeelden voor de invoegmethoden voor voor- en achterkaftpapier vindt u op de pagina's 5-17 tot 5-20.
Om het scherm voor de speciale functies te openen...
Zie "Algemene procedure voor het gebruik van
de speciale functies" op pagina 5-2.
1
Tip op de [KAFTEN/INSTEEKV] toets in het
scherm speciale functies (2de scherm).
SPECIALE FUNCTIES
KAFTEN/
INSTEEKV
BOEKKOPIE
2
Tip op de [PAPIERLADE-INSTELLINGEN] toets.
KAFTEN/INSTEEKV
VOORKAFT
ACHTERKAFT
3
Selecteer de papierlade die wordt gebruikt
voor het voorkaftpapier.
PAPIERLADE-INSTELLINGEN
VOORKAFT
LADE2
A4
NORMAAL PAPIER
(Y)
(X)
(1)De ladenaam (ladepositie) die is geselecteerd
voor het voorkaftpapier en het papierformaat
en type worden getoond in (X). Tip op de [OK]
toets als de lade waarin het papier voor de
voorkaft is geladen wordt weergegeven. U
keert terug naar het scherm van stap 2.
(2)Tip op de (Y) toets als de correcte papierlade
voor het kaftpapier niet verschijnt in (X). Het
scherm
Selecteer de papierlade waarin u het papier
voor de voorkaft hebt geladen. U keert terug
naar het scherm hierboven.
4
Tip op de [VOORKAFT] toets in het scherm
van stap 2.
5-12
Downloaded from:
http://www.usersmanualguide.com/
TRANSPARANT-
INSTEEKVELLEN
KAART FORMAAT
ANNULEREN
INSTELLING
PAPIERLADE-
INVOEGTYPE A
INSTELLINGEN
INVOEGINSTELL.
INSTELLING
PAGINAOPMAAK
INVOEGTYPE B
INVOEG-
ACHTERKAFT
TYPE A
LADE2
LADE2
A4
A4
NORMAAL PAPIER
NORMAAL PAPIER
NORMAAL PAPIER
Papierlade
selectie
5
Stel de invoegvoorwaarden in voor het
voorkaftpapier.
INSTELLING VOORKAFT
AFDRUKKEN OP VOORKAFT
(1) Selecteer of het voorkaftpapier wel of niet moeten
(2)Selecteer of het 1-zijdig of 2-zijdig kopiëren moet
OK
(3)De (Z) toets toont de lade die is geselecteerd
6
Tip op de [OK] toets in het scherm van stap 5.
OK
U keert terug naar het scherm van stap 2.
INVOEG-
TYPE B
Wanneer u terugkeert naar het scherm van stap 2,
LADE2
is de [VOORKAFT] gemarkeerd.
A4
7
Herhaal de stappen 2 tot en met 6 om het achterkaftpapier
in te voegen, waarbij u de [ACHTERKAFT] toets in plaats
van de [VOORKAFT] toets gebruikt.
SPECIALE FUNCTIES
KAFTEN/INSTEEKV
8
Tip op de [PAGINAOPMAAK] toets in het scherm
verschijnt.
van stap 7 om een lijst met de geselecteerde
instellingen weer te geven (pagina 5-15).
Tip op de bovenste [OK] toets in het
scherm op stap 7 om de instellingen
omslag/insteekbladen te verlaten.
9
Druk op de [START]-toets.
De kaft/insteekvel instellingen annuleren...
Tip op de [ANNULEREN] toets in het scherm van stap 2.
STEL EEN VOORKAFT IN.
JA
NEE
1-ZIJDIG
2-ZIJDIG
(Y)
(X)
worden bedrukt met de (X) toetsen ([JA] of [NEE]).
worden uitgevoerd op het voorkaftpapier met de (Y)
toetsen. Deze selectie is alleen mogelijk wanneer er
bij (X) is gekozen voor [JA]. (De hier gemaakte
selectie voor 1-zijdig/2-zijdig kopiëren is alleen van
toepassing op het voorkaftpapier. Wanneer het
achterkaftpapier is geselecteerd is deze selectie is
alleen van toepassing op het achterkaftpapier.)
voor het voorkaftpapier in stap 3 en het
papierformaat en type.
STEL KAFTEN/INVOEGVELLEN IN.
INSTELLINGEN
VOORKAFT
INVOEGTYPE A
INVOEGINSTELL.
INSTELLINGEN
ACHTERKAFT
INVOEGTYPE B
0
ANNULEREN
OK
PAPIERLADE
LADE2
A4
NORMAAL PAPIER
(Z)
0
OK
ANNULEREN
OK
PAPIERLADE-
INSTELLINGEN
PAGINAOPMAAK