Veiligheid
2.1.3 Opmerking in verband met veiligheid
WAARSCHUWING
2
2
De spanning van de frequentieomvormer is gevaarlijk wanneer de frequentieomvormer op het net is aangesloten. Onjuiste
aansluiting van de motor, frequentieomvormer of veldbus kan de apparatuur beschadigen en lichamelijk letsel of dodelijke
gevolgen met zich mee brengen. Volg daarom de aanwijzingen in deze handleiding alsmede de lokale en nationale veilig-
heidsvoorschriften op.
Veiligheidsvoorschriften
1.
De frequentieomvormer moet worden afgeschakeld van de netvoeding als reparatiewerkzaamheden moeten
worden uitgevoerd. Controleer of de netvoeding is afgeschakeld en of er genoeg tijd is verstreken alvorens de
motor- en netstekkers te verwijderen.
2.
De toets [Stop/Reset] op het LCP van de frequentieomvormer schakelt de netvoeding niet af en mag daarom niet
als veiligheidsschakelaar worden gebruikt.
3.
De apparatuur moet correct zijn geaard, de gebruiker moet beschermd zijn tegen voedingsspanning en de motor
moet beveiligd zijn tegen overbelasting overeenkomstig de geldende nationale en lokale voorschriften.
4.
De aardlekstromen zijn hoger dan 3,5 mA.
5.
De beveiliging tegen overbelasting van de motor is in te stellen via 1-90 Therm. motorbeveiliging. Als deze functie
is vereist, moet 1-90 Therm. motorbeveiliging worden ingesteld op ETR-uitsch. of ETR-waarsch. NB De functie wordt
geïnitialiseerd bij 1,16 x nominale motorstroom en nominale motorfrequentie. Voor de Noord-Amerikaanse markt:
Voor de Noord-Amerikaanse markt: de functies van de ETR bieden bescherming volgens klasse 20 tegen overbe-
lasting van de motor conform NEC.
6.
Verwijder in geen geval de stekkers naar de motor en netvoeding terwijl de frequentieomvormer is aangesloten op
het net. Controleer of de netvoeding is afgeschakeld en of er genoeg tijd is verstreken alvorens de motor- en
netstekkers te verwijderen.
7.
Houd er rekening mee dat de frequentieomvormer meer spanningsingangen heeft dan enkel L1, L2 en L3 wanneer
loadsharing (koppeling van de DC-tussenkring) en een externe 24 V DC zijn geïnstalleerd. Controleer of alle
spanningsingangen zijn afgeschakeld en de vereiste tijd is verstreken voordat wordt begonnen met de reparatie-
werkzaamheden.
8
®
ADAP-KOOL
Drive Bedieningshandleiding
®
MG.11.L4.10 – ADAP-KOOL
Drive