Elektrische installatie
Afbeelding 5.24
Stap 5: Wanneer u op de [Hand on]-knop drukt, zou de LED
boven de knop moeten gaan branden en gaat de motor
mogelijk draaien.
Afbeelding 5.25
Stap 6:> De snelheid van de motor wordt aangegeven op het
LCP. Deze kan worden aangepast met behulp van de pijltjes-
▲
toetsen omhoog
en omlaag
Afbeelding 5.26
Stap 7: Met de pijltjestoetsen links ◄ en rechts ► kunt u de
cursor verplaatsen. Hiermee kunt u de snelheid met grotere
intervallen aanpassen.
®
ADAP-KOOL
Drive Bedieningshandleiding
▼
.
MG.11.L4.10 – ADAP-KOOL
Afbeelding 5.27
Stap 8: Druk op de knop [Off] om de motor weer te stoppen.
Afbeelding 5.28
Stap 9: Verwissel zo nodig twee motordraden als de motor niet
in de gewenste richting draait.
WAARSCHUWING
Schakel de frequentieomvormer van het net af voordat u
motordraden verwisselt.
5.1.20 Schakelaar S201, S202 en S801
De schakelaars S201 (AI 53) en S202 (AI 54) worden
gebruikt om een stroom- (0-20 mA) of spanningsconfi-
guratie (0 tot 10 V) van respectievelijk de analoge
ingangsklemmen 53 en 54 te selecteren.
Schakelaar S801 (BUS TER.) kan worden gebruikt om de RS
485-poort (klem 68 en 69) af te sluiten.
Het is mogelijk dat de schakelaars worden bedekt door
een eventuele optie.
Standaardinstelling:
S201 (AI 53) = uit (spanningsingang)
S202 (AI 54) = uit (spanningsingang)
S801 (busafsluiting) = uit
®
Drive
5
5
45