Installatie
Installatie externe eenheid
Als de eenheid op de vloer of op een betonnen montageplatform moet
worden geïnstalleerd, ga dan als volgt te werk:
Als de eenheid op een wandbeugel moet worden geïnstalleerd, ga dan
als volgt te werk:
– Indien de externe eenheid mogelijk
kan worden blootgesteld aan sterke
luchtstromen, bescherm hem dan
door middel van een scherm en con-
troleer of dit goed werkt.
28 / NL
1
2
3
– Als de eenheid vaak wordt blootgesteld
aan hevige regen of sneeuw: installeer
een afdak boven de eenheid om hem
te beschermen tegen regen of sneeuw.
Let op dat de luchtstroom rond de een-
heid niet wordt geblokkeerd.
– Markeer de plaats van de vier explan-
siepluggen aan de hand van de ma-
ten in het montageschema.
– Boor de gaten voor de expansieplug-
gen.
– Zuig het betonstof uit de gaten.
– Hamer de expansiepluggen in de ge-
boorde gaten.
– Bevestig de onderkant van de exter-
ne eenheid aan de gaten met de ver-
ankeringsschroeven (1) (M10 x 4), de
ringen (2) en de dempers (3).
Draag bij het boren van de
a
gaten in het beton altijd een
veiligheidsbril.
Afb. 27
– Markeer de plaats van de gaten voor
de beugels aan de hand van de ma-
ten in het montageschema.
– Boor de gaten voor de expansieplug-
gen.
– Zuig het stof uit de gaten.
1
– Draai de expansiepluggen in de ga-
ten voor de montagebeugels, breng
2
de beugels op hun plaats aan en ha-
mer de expansiepluggen in de muur.
– Controleer of de montagebeugels
uitgelijnd zijn.
3
– Hef de eenheid voorzichtig op en
plaats de montagepoten op de beu-
gels.
– Draai de eenheid stevig vast aan de
beugels met de verankeringsschroe-
4
ven (1) (M10 x 4), de ringen (2), de
dempers (3) en de moeren (4).
Afb. 28