Afstellen van parkeerrem
De rem wordt op de volgende manier afgesteld:
1. Verwijder de transmissiekap. Maak de beide
schroeven (één aan elke kant) los en verwijder
vervolgens de transmissiekap.
2. Haak de veer (A) van de schroef (B) los.
3. Controleer of de parkeerrem niet is aangetrokken.
4. Stel de speling in op 1 mm tussen het omhulsel en
de stelschroef als u het omhulsel aanhaalt.
Stel met de moeren de stelschroef af.
5. Haal de moeren met mate aan, zodat de stelschroef
niet beschadigt.
6. Monteer de veer (A).
7. Controleer of de rem functioneert.
WAARSCHUWING!
Een slecht afgestelde rem kan
leiden tot een verminderd
remvermogen.
Controleren en afstellen van de gaskabel
Controleer of de motor reageert bij gas geven en of het
juiste toerental wordt bereikt bij volgas geven.
Ga in geval van twijfel naar een servicewerkplaats.
Indien afstelling nodig is, kan dit als volgt op de onderste
kabel uitgevoerd worden:
1. Maak de klemschroef voor de buitenhuls van de
kabel los en schuif de gashendel naar volgas.
2. Controleer of de gaskabel in het juiste
bevestigingsgat op de onderste hefarm gemonteerd
is, zie afbeelding.
3. Druk de buitenhuls van de gaskabel zo ver mogelijk
naar links en zet de klemschroef vast.
Controle en afstellen van chokekabel
Als de motor zwarte rook uitstoot of moeilijk start kan dat
veroorzaakt worden door een verkeerd afgestelde
chokekabel (bovenste kabel).
Ga bij twijfel naar een servicewerkplaats.
Indien afstelling nodig is, kan dit als volgt uitgevoerd
worden:
1. Maak de klemschroef voor de buitenhuls van de
kabel los en schuif de chokehendel naar volledige
chokestand.
2. Controleer of de chokekabel op de bovenste hefarm
gemonteerd is, zie afbeelding.
3. Trek de buitenhuls van de chokekabel zo ver
mogelijk naar rechts en zet de klemschroef vast.
34
– Nederlands
ONDERHOUD
A
B