SATEL
Tabel 1. De manier waarop de programmeer stappen worden weergegeven
6.8.3
Gegevens invoeren
Wijzigingen worden opgeslagen na het indrukken van de
om de functie te beëindigen zonder de wijzigingen op te slaan.
Cijfers invoeren
Om cijfers in te voeren gebruikt u de numerieke toetsen.
Hexadecimale karakters invoeren
Om cijfers in te voeren gebruikt u de numerieke toetsen en om karakters van A tot F in te
voeren gebruikt u de
karakter verschijnt).
Namen invoeren
Toets
!
?
a
b
d
e
g
h
j
k
m
n
p
q
t
u
w
x
.
Tabel 2. Karakters beschikbaar bij het invoeren van namen. Hoofletters zijn beschikbaar onder dezelfde
toetsen (om het lettertype te wijzigen drukt u op de
De karakters welke ingevoerd kunnen worden via de toetsen, worden weergegeven in Tabel
2. Blijf op de desbetreffende toets drukken totdat het gewenste karakter verschijnt. Indien u
de toets vasthoud zal het gewenste cijfer worden weergegeven.
LED status
(
- LED UIT;
en
toetsen (druk herhaaldelijk op de toets tot het gewenste
Karakters beschikbaar na het indrukken van de toets
'
`
"
c
2
f
3
i
4
l
5
o
6
r
s
7
v
y
z
9
,
:
;
+
VERSA Plus
Nummer van de
programmeer stap
- LED AAN).
{
}
$
%
&
-
/
=
_
1
2
3
4
5
6
7
8
9
10
toets. Gebruik de
@
\
^
|
8
<
>
(
)
) toets.
17
toets
#
1
[
]
0