HEAD ALIGNMENT
Dit menu bevat de volgende items.
PAPER THKNS
U kunt de dikte instellen van het papier dat u wilt gebruiken.
Selecteer STD als u speciaal afdrukmateriaal van Epson gebruikt
met een papierdikte van 0,2 of 1,2 mm. Als u speciaal
afdrukmateriaal gebruikt dat niet van Epson afkomstig is, voer
dan een papierdikte in van 0,0 tot 1,6 mm.
ALIGNMENT
Hiermee kunt u de uitlijning van de printkop corrigeren als deze
niet goed is ingesteld. Zie "De printkop uitlijnen" op pagina 34
voor meer informatie.
De spuitkanaaltjes van de printkop controleren
U kunt een spuitkanaaltjespatroon laten afdrukken om te
controleren of de spuitkanaaltjes de inkt op de juiste manier
toevoeren. Als de spuitkanaaltjes dit niet goed doen, merkt u dit
aan ontbrekende punten in het patroon. Voer de onderstaande
stappen uit om een spuitkanaaltjespatroon af te drukken.
Opmerking:
Controleer voordat u uw gegevens afdrukt eerst of het spuitkanaaltjespatroon
goed wordt afgedrukt. Anders kan de afdrukkwaliteit minder zijn.
1. Zorg ervoor dat er papier in de printer is geladen.
2. Druk op de menuknop
3. Druk op de papiertoevoerknop
op het LCD-display verschijnt en druk op de menuknop
4. Druk op de papiertoevoerknop
wordt weergegeven.
5. Druk op de menuknop
om de modus SelecType te openen.
of
of
totdat NOZZLE CHECK
om PRINT weer te geven.
Het bedieningspaneel
totdat TEST PRINT
1
1
1
1
1
1
1
1
1
1
1
.
1
33