c
Selecteer AirPort in het voorgrondmenu Toon.
d
Klik op TCP/IP.
Het item Router geeft gewoonlijk het draadloze toegangspunt (draadloze router) aan.
2
Geef uw gebruikersnaam en wachtwoord op als dit wordt gevraagd.
3
Klik op OK.
4
Klik op de hoofdpagina op Draadloos of een andere optie waar de instellingen worden opgeslagen. De SSID
wordt weergegeven.
5
Noteer de SSID, het beveiligingstype en de beveiligingssleutels, als deze worden weergegeven.
Opmerkingen:
•
Noteer de gegevens nauwkeurig, inclusief eventuele hoofdletters.
•
Bewaar de SSID en de beveiligingssleutels op een veilige plaats, zodat u deze in de toekomst weer kunt
gebruiken.
Controleer de beveiligingssleutels
Een beveiligingssleutel is gelijk aan een wachtwoord. Alle apparaten op hetzelfde netwerk beschikken over dezelfde
beveiligingssleutel.
•
Als u WPA-beveiliging gebruikt, moet u de juiste code invoeren. Beveiligingssleutels zijn hoofdlettergevoelig.
•
Als u WEP-beveiliging gebruikt, moet u de sleutel invoeren als een serie tekens (0-9) en letters (A-F).
Opmerking: raadpleeg de documentatie van het draadloze netwerk of neem contact op met de persoon die het
draadloze netwerk heeft opgezet als u niet beschikt over deze gegevens.
Controleer de geavanceerde beveiligingsinstellingen
•
Als u een filter voor MAC-adressen gebruikt om toegang tot uw draadloze netwerk te beperken, moet u het MAC-
adres van de printer toevoegen aan de lijst van adressen die is toegestaan voor verbinding met uw draadloze
toegangspunt (draadloze router).
•
Als u het draadloze toegangspunt (draadloze router) instelt zodat een beperkt aantal IP-adressen wordt
toegewezen, moet u dit aanpassen zodat de printer kan worden toegevoegd.
Opmerking: raadpleeg de documentatie van het draadloze netwerk of neem contact op met de persoon die het
draadloze netwerk heeft opgezet als u niet weet hoe u deze wijzigingen moet aanbrengen.
Wi-Fi-aanduiding brandt oranje
Dit zijn mogelijke oplossingen. Probeer een of meer van de volgende oplossingen:
Controleer de kabel
Controleer of de installatiekabel niet is aangesloten op de printer.
Configureer de optionele interne, draadloze afdrukserver
Opmerking: deze oplossing is niet van toepassing op printers waarin de interne, draadloze afdrukserver in de fabriek
is geïnstalleerd.
Zie 'Optionele interne, draadloze afdrukserver configureren' in het hoofdstuk 'Printer instellen' als u de optionele
interne draadloze afdrukserver hebt aangeschaft nadat de printer al was geconfigureerd.
Problemen oplossen
88