c
Selecteer Kwaliteit & media in het derde voorgrondmenu van boven.
•
Selecteer in het menu Papiersoort de soort papier of kaart die u gebruikt.
•
Selecteer een afdrukkwaliteit.
Opmerking: met de instellingen voor hoge afdrukkwaliteit krijgt u documenten van betere kwaliteit, maar
het afdrukken van deze documenten duurt langer.
d
Klik op Druk af.
Opmerkingen:
•
Duw de kaarten niet te ver in de printer om te voorkomen dat het papier vastloopt.
•
Verwijder de afzonderlijke kaarten zodra ze uit de printer komen en laat de kaarten drogen voordat u ze op
elkaar legt. Hiermee voorkomt u vlekken op de kaarten.
Verwante onderwerpen:
•
"Wenskaarten, indexkaarten, fotokaarten en briefkaarten in de printer plaatsen" op pagina 18
Enveloppen afdrukken
1
Plaats de enveloppen in de printer.
Opmerkingen:
•
Plaats geen enveloppen met gaten, perforaties, uitsparingen, reliëf, sluitkoordjes, metalen klemmetjes of
sluitingen, of naar boven gevouwen plakranden.
•
Zorg ervoor dat de afdrukzijde van de enveloppen naar u toe is gericht.
2
Pas zo nodig de instellingen aan in het dialoogvenster Pagina-instelling.
a
Open het gewenste bestand en klik op Archief
b
In het voorgrondmenu Stel in voor kiest u 1500 Series.
c
Kies in het voorgrondmenu Papierformaat het formaat van de enveloppen in de printer.
d
Selecteer een afdrukstand.
Opmerkingen:
•
Voor de meeste enveloppen wordt de afdrukstand Liggend gebruikt.
•
Zorg dat u in de toepassing dezelfde afdrukstand hebt geselecteerd.
e
Klik op OK.
3
Pas zo nodig de instellingen aan in het dialoogvenster Druk af.
a
Klik in het programma op Archief
b
Kies in het voorgrondmenu Printer de 1500 Series.
c
Klik op Druk af.
Verwante onderwerpen:
•
"Enveloppen in de printer plaatsen" op pagina 17
Afdrukken op opstrijktransfers
1
Plaats opstrijktransfers in de printer.
2
Pas zo nodig de instellingen aan in het dialoogvenster Pagina-instelling.
a
Open het gewenste bestand en klik op Bestand
b
In het voorgrondmenu Stel in voor kiest u 1500 Series.
Pagina-instelling.
Druk af.
Pagina-instelling.
Afdrukken
24