Inhoudsopgave
Advertenties
_________________________________________________________________________________
15.12 Elektrische sensoren
De onderste transportsteunsensor is in de achterkant van het chassis geplaatst achter
beschermend gaas (Afbeelding 22, van de voorkant naar de achterkant genomen). De
hoogtepositie van de sensor wordt aangepast wanneer de arm in transportpositie is. Als de
arm op de steun ligt, wordt de positie van de sensor aangepast door de bevestigingsplaat.
De plaat wordt op zijn plaats bevestigd, zodat als de arm op de steun ligt de voorkant van de
sensor naar het versmalde deel van de meetpen is gericht en het ledlampje van de sensor
niet brandt. Daarna wordt de arm omhoog gebracht van de steun en wordt de horizontale
positie van de sensor aangepast met 2 moeren op de sensoren (afstand tot de pen ong.
3 mm), de afstand is correct wanneer het ledlampje op de sensor gaat branden wanneer de
arm omhoog wordt gebracht van de steun. De sensor mag de pen niet raken. De positie kan
worden getest door de arm omlaag te brengen op de steun; het led-lampje moet nu uit gaan.
Afbeelding 22. 1: Bevestigingsplaat, 2: Sensormoeren, 3: Sensor, 4: Pen
De bovenste transportsteunsensor bevindt zich voor het platform bij de bovenkant van het
koppelingsdeel. De sensor wordt beschermd door een beschermplaat en is niet zichtbaar
vanaf het platform (afbeelding 23). De sensor wordt aangepast volgens de bovenstaande
instructies.
Afbeelding 23. Bovenste transportsteunsensor
40
1
2
3
4
Advertenties
Inhoudsopgave
