Inhoudsopgave
Advertenties
Central remote controller
De lucht/water-warmtepompinstellingen veranderen
(Ingestelde temperatuur, Werkingsmodus)
U kunt de ingestelde temperatuur en bedieningsfunctie wijzigen.
Afhankelijk van het bereik van het in te stellen gebied, geeft u het „Regeling"-scherm van Alles, Zone of Unit weer en bedient u het.
1
2
Nr.
Item
1
ZONE1 (Z1)
2
ZONE2 (Z2)
3
Werkingsmodus
4
Huishoudelijk
tapwater (DHW)
38
-NL
1
Geef het „Regeling"-scherm van Alles, Zone of Unit weer
(P.16)
2
Gebruik [<] en [>] om het te wijzigen item te selecteren.
Zie de onderstaande tabel voor details over de instelling van elk item.
3
Breng wijzigingen aan met [∧] en [∨] en druk vervolgens op
[
• De wijzigingen aan de instellingen worden niet weergegeven op de
4
3
lucht/water-warmtepomp tenzij u op [ ] (Bevest.) drukt.
U kunt de ingestelde temperatuur wijzigen met [∧] en [∨].
●
OPMERKING
Indien er geen ZONE1 is, zal dit leeg zijn.
U kunt de ingestelde temperatuur wijzigen met [∧] en [∨].
●
OPMERKING
Indien er geen ZONE2 is, zal dit leeg zijn.
U kunt de bedieningsfunctie als volgt wijzigen met [∧] en [∨].
VERWARM
●
OPMERKING
De werkingsmodi die niet kunnen worden ingesteld, worden niet weergegeven.
U kunt de ingestelde temperatuur wijzigen met [∧] en [∨].
●
OPMERKING
Indien er geen huishoudelijk tapwater is, zal dit leeg zijn.
] (Bevest.).
Beschrijving
KOELEN
Gebruikershandleidin
Advertenties
Inhoudsopgave
