50
Tip: U kunt zelfs
oproepen beantwoorden
terwijl u met zoek- of
menufuncties bezig bent.
Tip: Als u een oproep niet
beantwoordt terwijl
Doorschakelen indien in
gesprek actief is, zodat
gesprekken worden
doorgeschakeld naar
bijvoorbeeld uw mailbox,
wordt de niet beantwoorde
oproep eveneens
doorgeschakeld. Zie
'Spraakoproepen
doorschakelen' op pagina
92.
©2001 Nokia Mobile Phones. All rights reserved.
1 Als u de oproep wilt beantwoorden, drukt u op
Als u de oproep niet wilt beantwoorden, drukt u op
beltoon overgaan in de ingesprektoon.
Als u het belsignaal van een inkomend gesprek wilt dempen, drukt u op Stil.
2 Als u een gesprek wilt beëindigen, drukt u op
Gesprekken beheren
Tijdens een gesprek kunt u een verschillende functies gebruiken. Dit zijn over het
algemeen netwerkdiensten.
U kunt deze functies weergeven door tijdens het gesprek op Opties te drukken De
volgende opties (of een aantal daarvan) worden weergegeven:
Opnemen - Hiermee kunt u een inkomende oproep beantwoorden.
Weigeren - Hiermee kunt u een inkomende oproep weigeren.
Met Stand-by/Activeren - Stand-by zet u het actieve gesprek in de wacht, zodat u
een ander nummer kunt bellen. Als u het oorspronkelijke gesprek weer wilt
activeren, selecteert u Activeren.
Nieuwe oproep - Hiermee kunt u het actieve gesprek in de wacht zetten en een
nieuw telefoonnummer kiezen.
DTMF zenden - Hiermee kunt u DTMF-tonen verzenden. Zie 'DTMF-tonen verzenden
tijdens een oproep' op pagina 84.
Beëindigen - Hiermee kunt u het actieve gesprek beëindigen.
Alles beëindigen - Hiermee beëindigt u zowel het actieve gesprek als het gesprek dat
u in de wacht hebt gezet.
.
. De beller hoort de
.