De veiligheidsafstand bedraagt:
Bij machine in rangeermodus en modus werken op het veld
Voor de machine
Achter de machine
Aan de zijkant van de machine
Bij ingeschakelde machine zonder rijbeweging
Voor de machine
Achter de machine
Aan de zijkant van de machine
De hier genoemde veiligheidsafstanden zijn minimum afstanden in het kader van de
reglementaire toepassing. Deze veiligheidsafstanden moeten afhankelijk van de toepassings-
en omgevingsvoorwaarden worden verhoogd.
Voorafgaand aan alle werkzaamheden voor en achter de trekker en in de gevarenzone van
de machine: De machine stopzetten en beveiligen,
kortdurende controlewerkzaamheden.
Houd rekening met de gegevens in alle desbetreffende handleidingen:
•
de handleiding van de trekker
•
de handleiding van de machine
•
de handleiding van de tussenas
Gevarenzone tussenas
Personen kunnen door de tussenas worden gegrepen, naar binnen worden getrokken en
ernstig gewond raken.
Neem de handleiding van de tussenas in acht.
Houd voldoende overlapping van profielbuis en tussenasbescherming aan.
Zorg ervoor dat de tussenasbeschermingen zijn aangebracht en dat deze functioneren.
Laat de tussenassluitingen vastklikken. De voorziening ter beveiliging tegen onrechtmatig
gebruik van de aftakasvork mag geen plaatsen hebben die kunnen grijpen of omwikkelen
(bijv. door ringvormige vormgeving, beschermkraag om de borgpen).
Voorkom meelopen van de tussenasbescherming door het vastmaken van de kettingen.
Controleer of er niemand in de gevarenzone van de aftakas en de tussenas aanwezig is.
Controleren of het gekozen toerental en draairichting van de aftakas van de trekker in
overeenstemming zijn met het toegestane toerental en draairichting van de machine.
Indien te grote hoeken tussen tussenas en aftakas optreden, de aftakas uitschakelen. De
machine kan worden beschadigd. Onderdelen kunnen worden weggeslingerd en personen
letsel toebrengen.
Gevarenzone aftakas
Personen kunnen door de aftakas en de aangedreven onderdelen worden gegrepen, naar
binnen worden getrokken en ernstig worden verwond.
Voordat de aftakas wordt ingeschakeld:
Ervoor zorgen dat alle veiligheidsinrichtingen zijn aangebracht en in de beschermende
stand zijn gezet.
Controleer of er niemand in de gevarenzone van de aftakas en de tussenas aanwezig is.
Indien de aandrijvingen niet nodig zijn, de aandrijvingen uitschakelen.
VariPack V 190
Originele handleiding 150001186_03_nl
Fundamentele veiligheidsaanwijzingen
3 m
5 m
3 m
3 m
5 m
3 m
zie
Pagina 28. Dit geldt ook voor
Veiligheid
2
2.4
19