Elektrische platen van gietijzer
• Maak de platen schoon met een vochtige doek, en laat hen
vervolgens een paar minuten functioneren om hen snel te
laten drogen; smeer hen tenslotte in met een dun laagje
consumptie-olie.
• Giet beslist geen koude vloeistoffen op de platen als deze
warm zijn.
BELANGRIJK
Bij elektrische apparaten moet zorgvuldig worden
vermeden dat er water naar binnen filtert op de
elektrische componenten: de infiltraties kunnen
kortsluiting en lekstroomverschijnselen veroorza-
ken waardoor de beveiligingen van het apparaat
worden ingeschakeld
I
PROBLEMEN EN OPLOSSINGEN
I.1
Enkele storingen en hun oplossingen
In sommige gevallen kunnen storingen gemakkelijk en snel opgelost worden; hierna volgt een lijst van enkele problemen met
bijbehorende oplossingen:
Storing
De waakvlambrander van de open vlammen ontsteekt niet
De waakvlambrander van de oven ontsteekt niet
De waakvlambrander gaat uit nadat de ontstekingsknop losgelaten
wordt
De waakvlambrander is nog ingeschakeld maar de hoofdbrander
ontsteekt niet
Het is niet mogelijk de temperatuur van de oven te regelen
De brander van de open vlammen gaat niet branden (versie met
bougies zonder waakvlam)
De waakvlambrander van de open vlammen ontsteekt niet
18
H.2.2
Inwendige onderdelen (om de 6 maanden)
• Controleer de staat van de interne onderdelen.
• Verwijderen van eventuele vuilafzettingen op de binnenkant
van het apparaat.
• Controleren en reinigen van het afvoersysteem.
BELANGRIJK
Werkzaamheden die men dient te laten verrichten
door gespecialiseerd personeel.
Mogelijke oorzaken:
• Onvoldoende druk in de gasleidingen.
• Sproeier verstopt.
• Het gasventiel is defect
• De ontsteking zit niet goed vast of is slecht
aangesloten.
• De piëzo-elektrische ontsteking of de ontste-
kingskabel is beschadigd.
• Onvoldoende druk in de gasleidingen.
• Sproeier verstopt.
• Het gasventiel is defect.
• Het thermokoppel wordt niet voldoende ver-
warmd door de waakvlambrander.
• Het thermokoppel is defect.
• De knop van het gasventiel wordt niet vol-
doende ingedrukt
• Geen gasdruk bij het ventiel.
• Het gasventiel is defect.
• Drukval in de gasleiding.
• Sproeier verstopt of gasventiel defect.
• De gasuitgangsopeningen van de brander zijn
verstopt
• De thermostaatbol is defect.
• Het gasventiel is defect.
• De elektrische thermostaat is defect
• De elektrische veiligheidsthermostaat is
ingeschakeld
• controleer of er geen metalen folie geplaatst is
ter bescherming van de bakken.
• controleer op achterblijvend vocht op de
bougies.
• Onvoldoende druk in de gasleidingen.
• Sproeier verstopt.
• Het gasventiel is defect