De ontvangen documenten automatisch doorsturen
U kunt instellen dat alle ontvangen documenten worden doorgestuurd naar bepaalde bestemmingen. U kunt zo altijd
en overal faxen ontvangen, ook als u niet op kantoor bent.
Instellingen opgeven voor documenten die automatisch moeten worden doorgestuurd(P. 245)
Doorgestuurde documenten afdrukken(P. 246)
Documenten afdrukken, opnieuw verzenden of verwijderen waarvan het doorsturen is mislukt(P. 246)
Instellingen opgeven voor documenten die automatisch moeten worden
doorgestuurd
Als de doorstuurfunctie is ingeschakeld, worden alle ontvangen documenten automatisch doorgestuurd.
1
Selecteer <Menu> in het scherm Start.
2
Selecteer <Functie-instellingen>
3
Selecteer <Instellingen voor doorsturen>
4
Selecteer <Aan> in <Doorzendfunctie gebruiken>.
●
Als u de doorzendfunctie niet gebruikt, selecteer dan <Uit>.
5
Configureer de doorzendinstellingen.
<Doorzendbestemming>
Geef een doorzendbestemming op. In het adresboek plaatst u een vinkje bij de bestemming waarheen u wilt
verzenden, en selecteert u <Toepassen>.
<Bestandsnaam>
U kunt een tekenreeks opgeven die in de bestandsnaam moet worden gebruikt als u een document per e-
mail/I-fax verzendt, of opslaat in een gedeelde map / FTP-server. De bestandsnaam wordt automatisch
toegewezen op basis van de volgende indeling: willekeurige tekenreeks_nummer voor communicatiebeheer
(vier cijfers)_datum en tijdstip van verzenden_documentnummer (drie cijfers).bestandsnaamextensie.
●
Als u <Bestandsnaam> niet specificeert, kunt u de volgende indeling voor de bestandsnaam gebruiken:
nummer voor communicatiebeheer (vier cijfers)_datum en tijdstip van verzenden_documentnummer (drie
cijfers).bestandsnaamextensie.
Faxen
Het scherm Start(P. 126)
<Ontvangen/doorzenden>
<Doorzendfunctie>.
245
5YJK-04X
<Faxinstellingen>.