Profielen
In Profielen kunt u de telefoontonen voor
verschillende gebeurtenissen of situaties
aanpassen en wijzigen. Er zijn vijf vooraf
ingestelde profielen: Normaal, Vergadering,
Auto, Stil en Buiten. U kunt deze aan uw
behoeften aanpassen.
De profielen wijzigen
Selecteer in het scherm Profielen een profiel door
op de bladertoets Omhoog of Omlaag en
vervolgens op de functietoets Aanzett. te
drukken.
U kunt ook vanuit het opstartscherm van het
profielenmenu op de functietoets Aanzett.
drukken. Vervolgens selecteert u dan een profiel
en drukt u op middentoets.
Opmerking: u kunt snel overgaan op de stille
modus door de toets
ingedrukt te houden als de
telefoon in standby-stand staat. Als u terug wilt
naar het vorige profiel, houdt u de toets
nogmaals ingedrukt.
De profielen aanpassen
1. Als u een profiel wilt wijzigen, gaat u met de
bladertoets Omhoog of Omlaag naar het
profiel in de profielenlijst en drukt u op de
middentoets. Er wordt een lijst met
profielinstellingen geopend. De beschikbare
instellingenopties zijn afhankelijk van het
geselecteerde profiel.
2. Ga met de bladertoets Omhoog of Omlaag
naar de instelling die u wilt wijzigen en wijzig
de instelling vervolgens met de bladertoetsen
Links of Rechts of met de middentoets.
De volgende opties zijn beschikbaar:
• Type belsignaal: hiermee kunt u het type
belsignaal selecteren voor als u een oproep
ontvangt. U kunt kiezen uit Melodie,
Trillen, Mic. uit (alleen lampje) en Tril
+ melodie.
• Beltoon spraakoproep/video-oproep:
hiermee kunt u een melodie of toon
selecteren die wordt gebruikt als u Melodie
of Tril + melodie selecteert bij de optie
Type belsignaal. Druk op de middentoets
en selecteer een geluid in de lijst met
beltonen.
65