194 Instellingen
alleen beschikbaar als u
WLAN tonen
>
U kunt het apparaat zodanig instellen
dat auotomatisch de internetcapaciteit
van het geselecteerde WLAN wordt
getest, dat telkens om toestemming
wordt gevraagd of dat de
connectiviteitstest nooit wordt
uitgevoerd door
Internetverbindingstest
uitvoeren,
Altijd vragen
uitvoeren
te selecteren. Als u
Automat. uitvoeren
uitvoeren van de test toestaat als het
apparaat hierom vraagt, wordt het
toegangspunt opgeslagen op
internetbestemmingen als de
uitvoering van de connectiviteitstest is
geslaagd.
Als u het unieke MAC-adres (Media
Access Control) wilt weergeven
waarmee uw apparaat wordt
geïdentificeerd, voert u *#62209526#
in vanaf het startscherm. Het MAC-adres
wordt weergegeven.
Geavanceerde WLAN-instellingen
Selecteer
Opties
instellingen. De geavanceerde
Beschkbrhd
Ja
selecteert.
Automat.
>
of
Nooit
selecteert of het
Geavanc.
>
instellingen voor draadloze LAN-
netwerken worden gewoonlijk
automatisch gedefinieerd en het wordt
afgeraden deze instellingen te wijzigen.
Als u de instellingen handmatig wilt
bewerken, selecteert u
configuratie
>
definieert u de volgende instellingen:
Lange probeerlimiet — Voer het
maximum aantal verzendpogingen in
voor als er geen ontvangstbevestiging
van het netwerk wordt ontvangen.
Korte probeerlimiet — Voer het
maximumaantal verzendpogingen in
voor als er geen gereedmelding voor
verzenden van het netwerk wordt
ontvangen.
RTS-drempel — Stel voor gegevens de
pakketgrootte in waarbij het
toegangspunt voor het draadloze LAN-
netwerk vraagt of de gegevens moeten
worden verzonden, alvorens dit ook
daadwerkelijk te doen.
Energieniv. transmissie — Stel het
energieniveau van uw apparaat bij het
verzenden van gegevens in.
Radiometingen — Schakel de
radiometingen in of uit.
© 2010 Nokia. Alle rechten voorbehouden.
Autom.
Uitgeschakeld
en