2.
Controleer de positie van de afscheurperforaties (1) ten
opzichte van de papiersnijder (2). (Papierlade (3) wordt
hier ter verduidelijking gebruikt.)
(a)
(b)
OPMERKING
Indien een beweging groter dan +- 7/90 inch is gespecificeerd,
knippert het QUIET-indicatielampje en kunnen de
bovenstaande wijzigingen niet worden gemaakt.
3.
Laat de knoppen los nadat u de afscheurperforaties hebt
uitgelijnd met de papiersnijder.
K
ETTINGPAPIER VERWIJDEREN
1.
Scheur het kettingpapier af.
op pagina 24.
2.
Druk op de knop SEL om de printer offline te zetten en leg
het kettingpapier in de printer weer op de juiste plaats.
3.
Druk op de knop PARK om de voorste rand van het
kettingpapier achterwaarts naar de pintractors te
verplaatsen.
OPMERKING
Het ALARM-indicatielampje brandt om aan te geven dat er
geen papier is.
3
Als u het papier naar voren wilt verplaatsen, houdt u
de knop TEAR ingedrukt en drukt u op de knop FF/
LOAD.
Als u het papier naar achteren wilt verplaatsen,
houdt u de knop TEAR ingedrukt en drukt u op de
knop LF.
Omgaan met papier > 25
2
1
Zie 'Kettingpapier afscheuren'