Pagina 2
Al het mogelijke is gedaan om dit document zo accuraat en gebruiksvriendelijk te maken. Wij kunnen echter geen garanties, in welke vorm dan ook, verlenen voor de nauwkeurigheid en volledigheid van de hierin gegeven informatie. De meest recente drivers en handleidingen zijn verkrijgbaar via de website van Oki Europe: http://www.okieurope.com Copyright 2004.
INHOUDSOPGAVE Inleiding .........6 Deze handleiding gebruiken .
Pagina 4
Trefwoordenlijst........52 Contactgegevens van Oki ......55...
Pagina 5
SPECIALE OPMERKINGEN IN DEZE HANDLEIDING LET OP! Met LET OP! wordt u in deze handleiding tot voorzichtigheid gemaand. Bij LET OP! wordt extra informatie gegeven. Als deze informatie wordt genegeerd, kan dit storingen in of schade aan de apparatuur veroorzaken. WAARSCHUWING! Een waarschuwing wordt als volgt in deze handleiding weergegeven.
De ML280 Elite is een 9-pins dotmatrixinvoerprinter. De printer is snel, robuust, compact en licht. Vanwege de uitstekende betrouwbaarheid, het compacte formaat en het gebruiksgemak is deze printer ideaal voor gebruik voor industriële doeleinden en voor...
On line gebruik U kunt deze handleiding lezen via de Adobe Acrobat Reader. Gebruik de navigatie- en weergavefuncties van Acrobat. U kunt specifieke informatie op twee manieren weergeven: Klik in de lijst met bladwijzers links op het scherm op het gewenste onderwerp om dit onderwerp te openen.
Pagina 8
Pages from (pagina's vanaf) en to (tot) voor het paginabereik dat u opgeeft door de paginanummers in te voeren. Klik op OK. INLEIDING > 8...
AAN DE SLAG Plaats Kies een stevig oppervlak om de printer op te plaatsen. Zorg ervoor dat er voldoende ruimte vrij is rond de printer, zodat u makkelijk bij de papiertransportknop en de verschillende papierinvoerpaden kunt. Zorg ervoor dat er een geschikt geaard stopcontact in de buurt is. Lees de folder Veilige installatie.
Steek de stekker van de printer pas in het stopcontact nadat u de volgende stappen hebt uitgevoerd: De transportbeveiliging verwijderen Verwijder alle verpakkingstape. Steek uw hand in de opening van de bovenste klep (2) en verwijder de afdekklep (1) door deze op te tillen.
De inktlintcartridge installeren/vervangen LET OP! Wanneer u een inktlintcartridge vervangt, moet u controleren of u over het juiste vervangingslint voor de printer beschikt. Met een onjuist lint drukt de printer niet af. Behandeling van inktlintcartridge Bewaar ongebruikte inktlintcartridges in de verpakking tot u ze nodig hebt.
Pagina 12
Wanneer u een inktlintcartridge vervangt, moet u eerst de oude cartridge verwijderen. WAARSCHUWING! Als u de inktlintcartridge vervangt, is de printkop mogelijk HEET! Neem de inktlintcartridge uit de verpakking en plaats de cartridge op de printkop. AAN DE SLAG > 12...
Duw de inktlintcartridge zacht aan, totdat u deze voelt vastklikken. LET OP! Verwijder de lintbeschermer ('X' in het bovenstaande schema) niet van het lint. Draai de spoelknop (a) in de richting van de pijl om het lint strak te trekken. Plaats de afdekklep terug.
De tussenruimte aanpassen De tussenruimte is de afstand tussen de printkop en het papiertransportmechanisme. Wanneer u enveloppen of meerdelige formulieren gebruikt, moet de tussenruimte groter zijn dan voor normaal papier. Gebruik de aanbevolen tussenruimte voor de beste afdrukkwaliteit en soepele papierinvoer. LET OP! Bij een onjuiste instelling van de tussenruimte kan de printkop beschadigd raken of kunnen lintstoringen optreden.
De papiersteun installeren De papiersteun wordt gebruikt voor enkele vellen (geen carbons) en kettingpapier om de invoer en uitvoer van papier te scheiden, zodat er geen papierstoringen optreden. U kunt deze als volgt installeren: Pak de papiersteun aan beide zijden vast, met de gespannen steunen naar de achterkant van de printer geduwd.
DE PRINTER INSTALLEREN Aansluiting op het elektriciteitsnet Zorg ervoor dat de printer en de computer uitgeschakeld zijn. Voor modellen met wisselstroom: Sluit het netsnoer aan op de achterzijde van de printer, en vervolgens op een geaard stopcontact. Schakel de printer in. Voor modellen met gelijkstroom: Wanneer de printer is uitgeschakeld..
Sluit het netsnoer aan op de achterzijde van de printer en vergrendel dit door de kraag van de stekker met de klok mee te draaien. Schakel de printer in. Papier in de printer plaatsen U kunt drie papiersoorten gebruiken voor de printer: Losse vellen (met of zonder de optionele invoerlade voor losse vellen) Rolpapier (gebruik de juiste papierrolhouder)
Pagina 18
Verwijder de afdekklep (1). Verplaats de beugelhendel (2) (aan de linkerzijde van de printer) naar de voorzijde van de printer om de beugel op te tillen. Verplaats de papierhendel (3) (aan de rechterzijde van de printer) naar de voorzijde van de printer, tot aan het kettingpapiersymbool.
Pagina 19
Duw het papier zo ver naar binnen dat de tandopeningen over de pinnen aan de uiteinden van de plaat vallen. Draai aan de papiertransportknop (5) totdat het papier is doorgevoerd en vóór de plaat verschijnt. Verplaats de beugelhendel (2) naar de achterzijde van de printer om de beugel te laten zakken.
Onderinvoer kettingpapier Zorg ervoor dat de printer is uitgeschakeld en het netsnoer is verwijderd. Plaats de printer op een printerstandaard met gleuf, waarbij u de gleuf in de standaard nauwkeurig uitlijnt met de gleuf aan de onderzijde van de printer. Plaats een doos met kettingpapier onder de printerstandaard.
Boveninvoer losse vellen papier Voor de printer kunt u losse vellen papier gebruiken van 216 mm (breedte) x 297 of 355 mm (lengte). Verwijder de tractorinvoereenheid en andere accessoires en til vervolgens de papiersteun recht omhoog. Schakel de printer in. Verplaats de papierhendel (1) (aan de rechterzijde van de printer) naar de achterzijde van de printer, tot aan het symbool van een leeg vel papier.
Houd de knop LINE FEED (nieuwe regel) ingedrukt en schakel de printer in. Er wordt een testpagina afgedrukt. Als u de test wilt stoppen, drukt u op de knop SELECT (selecteren) of schakelt u de printer uit. Standaardtestafdruk: ML280 ELITE ME1 F/W XX.XX 42434401YR-00 XX.XX HSD 10CPI !ӣ$%^&*()0123456789:;<=>@aABCDEFGHIJKLMNOPQRSTUVWXYZ[\]abcdefghijklm...
Aansluiting op de computer OPMERKING Het is niet raadzaam tegelijkertijd seriële kabels/USB-kabels en parallelle kabels aan te sluiten op de printer. Voor aansluiting op een pc met Windows 98 of later (niet met Windows 95 dat is bijgewerkt naar Windows 98) of Macintosh. De werking van een printer is niet gegarandeerd als een USB- compatibel apparaat tegelijk met andere USB-compatibele apparaten is aangesloten.
USB-verbinding Hiervoor is een USB 1.1-kabel met een maximale lengte van 5 m. nodig. Deze wordt niet meegeleverd. De printer bevat een USB serie B-aansluitpunt. OPMERKINGEN Voor aansluiting op een pc met Windows 98 of later (niet met Windows 95 dat is bijgewerkt naar Windows 98). De werking van een printer is niet gegarandeerd als een USB- compatibel apparaat tegelijk met andere USB-compatibele apparaten is aangesloten.
Seriële verbinding De seriële interfacekaart is een optie bij deze printer en wordt geleverd met instructies over de installatie en instellingen. Wanneer deze kaart is geïnstalleerd, worden de seriële interface-instellingen weergegeven in het printermenu. Mogelijk moet u deze instellingen aanpassen aan uw pc. LET OP! Zorg ervoor dat de printer en de computer uitgeschakeld zijn.
Stuurprogramma's voor de printer Met printerstuurprogramma's kan de computer communiceren met de printer. Zoals de meeste printerfabrikanten, maakt Oki printerstuurprogramma's voor gebruik met populaire software, zoals Microsoft Windows-besturingssystemen na Windows 95. U kunt het printerstuurprogramma eenvoudig installeren door de gewenste opties in de software aan te geven.
UW PRINTER BEDIENEN Bediening van het voorpaneel LINE FORM SELECT POWER PITCH ALARM FEED FEED MODE UTILITY Het voorpaneel bevat negen lampjes en zes knoppen. Deze hebben de volgende functies: Lampjes SELECT Brandt: printer is ON LINE, brandt niet: printer is OFF LINE. Knippert en (selecteren) ALARM knippert ook om aan te geven dat er een fout is gevonden.
Knoppen LINE FEED Met elke druk op de knop wordt het papier één regel verder (nieuwe doorgevoerd. regel) FORM FEED Hiermee wordt het papier doorgevoerd naar de bovenzijde van de (pagina- volgende pagina (TOF) of wordt een los vel papier uitgevoerd. doorvoer) TOF SET Hiermee kunt u de nieuwe positie voor de bovenzijde van het papier...
De standaardwaarden van de printer instellen De printer heeft een intern MENU met een aantal standaardvoorwaarden die kunnen worden ingesteld, zodat de parameters van de printer overeenkomen met die van de computer. De menumodus instellen Schakel de printer in terwijl u de knop SELECT (selecteren) ingedrukt houdt.
OPMERKING Het is belangrijk dat u het menu niet sluit door de printer uit te schakelen, omdat uw wijzigingen dan niet worden opgeslagen. Standaardmenuselecties Groep Item Instelling Printer Control Zie het gedeelte over het printerstuurprogramma van dit document voor meer informatie. Font Print Mode (afdrukmodus) Standaardkwaliteit...
Pagina 31
Groep Item Instelling Set-up Graphics (afbeeldingen) Uni-directional (unidirectioneel) (instellingen) Receive Buffer Size (grootte ontvangstbuffer) Paper out Override (papier op negeren) No (Nee) Print Registration (afdrukregistratie) Operator Panel Function (werking besturingspaneel) Semi Operation (halfautomatische bediening) Reset Inhibit (blokkering reset) Printer Suppress Effective (afdruk onderdrukken actief) Yes (ja) Auto LF (automatische nieuwe...
De pull-tractoreenheid gebruiken (indien geïnstalleerd) U kunt papier invoeren via de achterzijde van de printer of via de onderzijde als u over een printerstandaard met gleuf beschikt. Verwijder de afdekklep. Pas, indien nodig, de linkertractor aan. Zorg ervoor dat de afstand tussen de linkertractor en de linkerzijde van de tractoreenheid niet meer dan 12,7 mm is.
Pagina 33
U kunt de rechtertractor aanpassen aan de papierbreedte door de vergrendelingshendel naar voren te trekken, de tractor naar de gewenste positie te schuiven en de vergrendelingshendel vervolgens terug te duwen om de tractor te vergrendelen. Trek het papier onder de beugel door tot aan de tractoreenheid.
De invoerlade voor losse vellen gebruiken (indien geïnstalleerd) Papierinstellingshendel Linkerpapiergeleider Achterste papierondersteuning Voorste papierondersteuning Rechterpapiergeleider Voorste papiersteun Plaats de papierinstellingshendel (1) in de positie RESET (opnieuw instellen). Ontgrendel de papiergeleiders door de vergrendelingshendels naar beneden te duwen. Verplaats de linkerpapiergeleider (2) naar de positie waarop u de linkerrand van het vel wilt instellen, waarbij u erop let dat de papiergeleider zich niet rechts van de papier op-sensor (de gleuf in de plaat) bevindt.
'Buig' een stapel papier (niet meer dan 170 vellen van 60g/m² papier Maak een nette stapel, draai deze om en buig de stapel nogmaals. De stapel papier mag maximaal 16 mm dik zijn. Plaats de stapel papier in de papierinvoer en duw deze tegen de linkerpapiergeleider, waarbij u erop let dat het papier onder de hoeksteunen past.
LET OP! l Voer papier niet handmatig in wanneer er een vel wordt ingevoerd vanuit de papierinvoer. De gelijktijdige invoer van papier leidt tot papierstoringen. l U kunt een vel papier handmatig invoeren met behulp van de knop FORM FEED (papierdoorvoer). Als u het papier handmatig invoert en met de papiertransportknop in plaats van de knop FORM FEED (papierdoorvoer) plaatst, wordt het papier mogelijk verwijderd vlak voordat het afdrukken begint (gebruik de...
De papierrolhouder gebruiken (indien geïnstalleerd) Het papier plaatsen Open de papiersteun helemaal. Verwijder het papiertransportmechanisme. Let erop dat de linkerkant van het mechanisme een schijf bevat. Schuif het papiertransportmechanisme in een rol papier. Zorg dat de schijf zich aan de linkerkant bevindt en dat het papier van beneden naar boven rolt.
Pagina 38
Voer het papier nog ongeveer tien centimeter door. Schuif de papierhendel naar de voorzijde van de machine. Plaats het papier zo dat de randen van het uitgevoerde en ingevoerde papier zijn uitgelijnd. Plaats de papierhendel terug in de achterste positie om opnieuw druk uit te oefenen op de plaat.
ONDERHOUD De inktlintcartridge vervangen “De inktlintcartridge installeren/vervangen” op pagina De tussenruimte van de printkop aanpassen “De tussenruimte aanpassen” op pagina Papier in de printer plaatsen “Papier in de printer plaatsen” op pagina De printer testen “De printer testen” op pagina ONDERHOUD >...
Voldoet het gebruikte papier aan de specificaties voor deze printer? Is het papier juist geplaatst? Is het lint juist geïnstalleerd? Gebruikt u een Oki-lint? Is de tussenruimte van de printkop correct ingesteld? Gebruikt u de juiste printerstuurprogramma's voor de printer? OPMERKING Instellingen in de softwaretoepassing overschrijven normaal gesproken de instellingen van het printerstuurprogramma.
Pagina 41
Voordat een bestand naar de printer wordt gezonden, zenden veel tekstverwerkingsprogramma's een 'initialisatietekenreeks' of een I- Prime-signaal naar de printer. De initialisatietekenreeks bevat codes waarmee de instellingen van het voorpaneel en het menu worden overschreven. Als u de printer zo wilt instellen dat de reset-code wordt genegeerd, schakelt u de menumodus in, gaat u naar de groep Set-Up en wijzigt u de instelling van Reset Inhibit in Yes.
Pagina 42
Probleem Ik krijg vreemde symbolen, onjuiste lettertypen en dergelijke als ik een document afdruk. Oplossingen Controleer of het printerstuurprogramma dat u in de software hebt gekozen, overeenkomt met de ingestelde printeremulatie. Zie het gedeelte Printerstuurprogramma voor informatie over emulaties en controleer vervolgens de menu-instellingen (zie 'De standaardwaarden van de printer instellen' in het gedeelte Uw printer bedienen).
Pagina 43
Verwijder de lintcartridge en controleer de lintbeschermer. Als de beschermer los zit, zet u deze vast. Als de lintbeschermer ontbreekt, moet u deze alsnog installeren. Als u de beschermer niet kunt vinden, vervangt u de inktlintcartridge. Tip: Als u nog over een oud inktlintcartridge beschikt, verwijdert u de beschermer hiervan en installeert u deze op de inktlintcartridge op de printer.
Pagina 44
Neem contact op met de systeembeheerder voordat u menu- instellingen wijzigt. Probleem Mijn printer geeft steeds 'Paper Out' (papier op) aan, terwijl er papier is geplaatst. Oplossing De meest waarschijnlijke oorzaak is dat de gleuf van de papiersensor in de plaat niet wordt bedekt door papier. Plaats het papier, zodat de gleuf van de sensor wordt bedekt.
Papierstoringen opheffen Papierstoringen in de achterinvoer Schakel de printer uit. Gebruik de papiertransportknop om het papier helemaal uit de printer te verwijderen. LET OP! Zorg ervoor dat de printer uitgeschakeld is voordat u de afdekklep opent. WAARSCHUWING! De printkop kan HEET zijn. Open de afdekklep, schuif de beugelhendel naar de voorkant van de printer en verwijder eventueel gescheurd papier.
Achterinvoer, herhaaldelijk terugkerende papierstoringen Als er voortdurend papierstoringen optreden, kan dit worden veroorzaakt door: beschadigd papier onjuist uitgelijnd papier stukjes papier die vastzitten in het papierpad Beschadigd papier Vervang het beschadigde papier door een nieuwe stapel. Onjuist uitgelijnd papier Schakel de printer uit. Gebruik de papiertransportknop om het papier helemaal uit de printer te verwijderen.
Papierstoring bij losse vellen Schakel de printer uit. Gebruik de papiertransportknop om het papier te verwijderen. Open de afdekklep. Verwijder eventuele resten gescheurd papier rond de papierwagen. Sluit de afdekklep. PROBLEMEN OPLOSSEN > 47...
In dit gedeelte vindt u beschrijvingen van items en onderdeelnummers. Raadpleeg de leverancier bij wie u de printer hebt gekocht. U vindt een erkende Oki Data-leverancier op de Oki-website voor uw land. Koppelingen naar alle landen vindt u op: http://www.okieurope.com...
Specificatie Afdrukmethode Dotmatrix Printkop 9-pins, diameter 0,30 mm, met thermische beveiliging Emulaties (co-resident) Epson FX Grafische printers van IBM Oki MICROLINE Afdruksnelheid Conceptkwaliteit zeer snel (HSD) 333 cps* Hulpprogramma (UTL) 250 cps* Bijna-correspondentiekwaliteit 62,5 cps* (NLQ) * cps = tekens per seconde...
Pagina 51
Item Specificatie Temperatuur In bedrijf 5 tot 40°C Opslag -40 tot +70°C) Vochtigheid In bedrijf 20 tot 80% relatieve vochtigheid Opslag 5 tot 95% relatieve vochtigheid Interfaces: Standaard: Centronics parallel, IEEE-1284-compatibel USB 1.1 Optioneel: RS-232C serieel RS-422 Stroomcircuit SPECIFICATIES > 51...
TREFWOORDENLIJST De pull-tractoreenheid gebruiken ........32 Aansluiting op de computer..23 De standaardwaarden van de Aansluiting op het printer instellen ......29 elektriciteitsnet ....16 De transportbeveiliging Achterinvoer kettingpapier ..17 verwijderen ........10 Afdekklep ......18 Afdrukmethode......50 Afdruksnelheid ......50 ESC/S1 Pitch (ESC/S1 tekenbreedte) ......31 ALARM........27 Extra knopfuncties wanneer de Auto CR (automatische...
Pagina 53
S1 Select Pitch (10 CPI) (SI MODE (modus)..... 27 tekenbreedte selecteren, 10 cpi)........31 Onderinvoer kettingpapier ..20 S1 Select Pitch (12 CPI) (SI tekenbreedte selecteren, Operator Panel (besturings- 10 cpi)........31 paneel)........31 Operator Panel Function (werking SELECT (selecteren)....27 besturingspaneel).......43 SELECT (selecteren) en FORM FEED (paginadoorvoer) ......28 SELECT (selecteren) en LINE FEED Page Length (paginalengte)..30...
Pagina 54
Vochtigheid ........51 Voorpaneel .........27 Zero Character (nulteken) ....30 TREFWOORDENLIJST > 54...