DAT-
VIDEO-
VIDEO-
TV OF MONITOR
CASSETTEDECK]
|PLATENSPELER
RECORDER
OUTPUT
INPUT
QUTPUT
ITAL ANALOG
Taae PN eee PAE
vA
VAVA
INPUT
LER
LIRZLYIR
DIGITALE
GELUIDSBRON
met koax,
Alleen aanwezig op de modellen
digitaal-uitgang
bestemd voor de Verenigde
Alleen aanwezig op het universele model
Staten en Canada
DIGITAL OUTPUT
'OPTICAL
VA;
i¢
a
L
ac
LETS
TNR
AT
ACIIOY eon
DSTA
'oar
i
%
SPEAKERS
———
PN
OND ORA
op
gees ee swrcneo |
A
A
t
i)
\
é
[na
'amd fam
i 0
OPTICAL
(eum
—
CO — TUNER
=
2
DIGITAL OUTPUT
r i rt ae
se
"7
|
iE
ih
2
a
u
unsvrrenee | |
Q
DIGITALE
!
©
:
(#7
'
rT
eee
|[]
GELUIDSBRON]
|
H
PAA
|
-
@
met opt.
!
an
|
digitaal-uitgang
1
per
Tare
PROCESO"
——PREOUT~\§
VDP
VER
t
2
8
1
ic
Y
RES
Pay
on
m
1
k
!
f
|
as
1
|
WEL
Aardaansluiting is, |
®
{
&
niet nodig voor
4
I
NETSNOER
platenspelers
¥
=
T.
zonder sarddrasd.d
\
CAUTION.
SPERKE
IMPHOANGE
i—.
|
t
1
r---4
rt-----
-j/-
4-4-4
'
!
;
I
:
naar SPEAKER (B)
|
LIR
LYR
LER
R LIR
LJR
LIR
_ Hierop kunnen audio-
LIR
CUIDSERERERIMEEDANTIE
rocessors zoals
of B: minimaal
m
GND OUTPUT
A
VV
OUTPUT
REC
PLAY
INPUT OUTPUT
he grafiek-
INPUT
Aen B: minimaal 8 Ohm
ars
theory
toonregeling
worden
aangesloten.
COMPACT
DISC (CDV)
CASSETTE-
AUDIO-
EINDVER-
PLATENSPELER
SPELER
TUNER
DECK
PROCESSOR
STERKER
R
L
.
LUIDSPREKERPAAR (A)
en de rechter audio-uitgang van uw videoplatenspeler met de VDP
OPMERKING:
R aansluiting. Verbind dan de video-ingang van de videorecorder
met de VDP V aansluiting van de versterker.
OPMERKING:
Let bij het maken van audio-aanstuitingen op dat u het linker
en rechter kanaal niet verwissselt, en dat u geen videokabel op
de audio in-/uitgangen aansluit.
Aansluiten van een TV
Sluit een TV of monitor op de VIDEO MONI. OUT uitgang aan.
Voorversterker-uitgangen
Stuit u deze versterker als voorversterker gebruikt, dient u hier de
eindversterker aan te siuiten.
Aansluiten
van digitale geluidsbronnen
Dit apparaat is uitgerust met vier digitale aansluitingen: 1 optische
ingang, 2 koaxiaal-ingangen en 1 koaxiaal-uitgang. De digitale
uitgang van een CD-speler, BS-tuner, e.d. kunnen met de DIGITAL
1, 2 of 3 aansluiting verbonden worden.
Bij een DAT digitaal cassettedeck dient u de digitale uitgang altijd
op PLAY van de DIGIAL 2 (DAT) aansluiting
en de digitale ingang
op REC van de DIGITAL 2 (DAT) aansluiting aan te sluiten.
ALs de aansluitingen niet op de hierboven beschreven manier
worden gedaan, kan er oscillatie en andere problemen optreden.
De digitale signalen die via de DIGITAL 1 of DIGITAL 3 aansluiting
binnenkomen, zijn aan de DIGITAL 2 (DAT) REC aansluiting
aanwezig.
@
Aangezien de optische digitaal-ingang van deze versterker
van het standaard TOSLINK type is, kunnen alleen optische
kabels met aansluitstekkers van hetzelfde type gebruikt
worden.
;
De optische digitaal-ingang is afgedekt met een bescherm-
dopje.
Verwijder dit dopje alvorens de optische kabel aan
te sluiten, maar laat het dopje op z'n plaats wanneer de
optische digitaal- ingang niet gebruikt wordt.
Bij het aansluiten van digitale geluidsbronnen op de coaxiaal-
ingangen of -uitgang dient u ervoor te zorgen dat de be-
treffende aansluitkabels uit de buurt worden gehouden van
de andere kabels.
Dit voorkomt dat bij het aanstuiten van
bepaalde apparatuur storing optreedt.
Aansluiten van de luidsprekers
Bij het aansluiten van luidsprekers is het van groot belang dat deze
in fase zijn. Hiervoor dient u te letten op de polariteit van de aan-
sluitsnoeren. Sluit de (+) uitgang (rood) van de versterker altijd
aan op de (+) aansluiting van de luidspreker, en de (-) uitgang
(zwart) van de versterker op de (-) aansluiting van de luidspreker.
U kunt op deze versterker twee paar luidsprekers tegelijk aansiuiten.
®
De totale belastingsimpedantie van een luidsprekerpaar dat u
op de A-8800 aansluit, dient ten minste 4 Ohm te bedragen.
(Luidspekerpaar A of B: tenminste 4 Ohm; luidsprekerpaar A
en B: tenminste
8 Ohm)
©
Bij gebruik van slechts een juidspreker, of wanneer u mono-
weergave wenst, mag deze (uidspreker nooit in parallel op beide
juidsprekeruitgangen aangesloten worden.
.
ay,
nA
OO
ee
ee
+ -
-
+
@
Gebruik geen onnodig lange of dunne (uidsprekersnoeren. Als
de gelijkstroomweerstand van de luidsprekersnoeren te hoog
is, zal dit leiden tot een verminderde dempingsfaktor.