Informatie voor beheerders
1. Open Web Config en selecteer het tabblad Netwerkbeveiliging tab > SSL/TLS > Certificaat.
2. Klik op Update.
3. Voer de Algemene naam in.
U kunt tot 5 IPv4-adressen, IPv6-adressen, hostnamen, FQDN's tussen 1 en 128 tekens invoeren. Scheid deze
met komma's. De eerste parameter wordt opgeslagen als de algemene naam. De overige elementen worden
opgeslagen in het aliasveld van het certificaat.
Voorbeeld:
IP-adres van de printer: 192.0.2.123, printernaam: EPSONA1B2C3
Algemene naam: EPSONA1B2C3,EPSONA1B2C3.local,192.0.2.123
4. Geef een geldigheidsperiode op voor het certificaat.
5. Klik op Volgende.
Er wordt een bevestiging weergegeven.
6. Klik op OK.
De printer wordt bijgewerkt.
Opmerking:
U kunt de certificaatgegevens controleren op het tabblad Netwerkbeveiliging > SSL/TLS > Certificaat > Zelfondertekend
certificaat. Klik tenslotte op Bevestigen.
Gerelateerde informatie
"Toepassing voor het configureren van printerbewerkingen (Web Config)" op pagina 235
&
Een CA-certificaat configureren
Wanneer u het CA-certificaat instelt, kunt u het pad verifiëren naar het CA-certificaat van de server waartoe de
printer toegang krijgt. Hiermee kan imitatie worden voorkomen.
U kunt het CA-certificaat ophalen bij de certificeringsinstantie die het CA-ondertekend Certificaat heeft
uitgegeven.
Een CA-certificaat importeren
Importeer het CA-certificaat naar de printer.
1. Open Web Config en selecteer vervolgens het tabblad Netwerkbeveiliging > CA-certificaat.
2. Klik op Importeren.
3. Geef het CA-certificaat op dat u wilt importeren.
4. Klik op OK.
Wanneer het importeren is voltooid, keert u terug naar het scherm CA-certificaat. Het geïmporteerde CA-
certificaat wordt weergegeven.
>
Geavanceerde beveiligingsinstellingen
281
>
Een digitaal certificaat gebruiken