Via de instellingsmodus kunt u ver-
schillende functies van het koeltoestel
uitkiezen, hun instellingen deels wijzi-
gen en zo uw koeltoestel aanpassen
aan uw behoeftes.
Hierna worden alleen de functies in de
instellingsmodus beschreven die
verdere toelichting vereisen.
Als u zich in de instellingsmodus
bevindt, worden het deuralarm en an-
dere waarschuwingsmeldingen auto-
matisch onderdrukt.
Toetsvergrendeling / in- of
uitschakelen
Als
Toetsvergrendeling
beschermt dit tegen ongewilde aanpas-
singen van de temperatuur of in de in-
stellingsmodus .
Kies in de instellingsmodus met
behulp van de sensortoetsen en
Toetsvergrendeling
keuze met OK.
Schakel de toetsenvergrendeling in
met behulp van de sensortoetsen
en
Aan
of
Uit
met OK.
Sluit de deur van het toestel. Pas
daarna wordt de toetsenvergrende-
ling geactiveerd.
Een ingeschakelde toetsenvergrende-
ling wordt niet weergegeven op de dis-
play.
Als u tijdens een ingeschakelde toet-
senvergrendeling een bedieningstoets
gebruikt, verschijnt op de display de
melding
Houd de OK-toets 6 seconden in-
gedrukt om het apparaat te ont-grendelen
is ingeschakeld,
en bevestig uw
en bevestig uw keuze
Overige instellingen wijzigen
Volg de aanwijzing op de display.
De display wordt even ontgrendeld en u
kunt de gewenste instelling wijzigen.
Door het sluiten van de deur van het
toestel wordt de toetsenvergrendeling
opnieuw ingeschakeld.
.
63