5.11
Kleppen installeren
Installeer kleppen in de afvoer- en buitenluchtkanalen om
koude tocht en condensatie te voorkomen wanneer het pro-
duct niet aan staat.
Lijst met accessoires:
• TUNE-R-200-3-M2 — 311950, TUNE-R-200-3-M1 —
311940, TUNE-R-200-3-M4 — 311970, TUNE-R-200-3-
M5 — 311980
• RMK — 153549, RMK–T — 153548
U
N Y
L
RL
230 V~
RMK-T wordt gebruikt om de 24 VAC kleppen te regelen.
RMK wordt gebruikt om de 230 V~ kleppen te regelen.
Het installeren
1.
Installeer kleppen in de buitenlucht- en
afvoerluchtkanalen.
2.
Zie het bedradingsschema dat bij de accessoire werd
geleverd voor de van toepassing zIjnde aansluitmethode.
Configureren:
1.
Ga naar het Service menu.
2.
Voer het wachtwoord in (standaard 1111).
3.
Ga naar het Uitgangen � DIGITAAL. Selecteer de digi-
tale uitgang waaraan het regelrelais verbonden is en stel
de waarde in op Buitenlucht-/uitlaatluchtklep.
24
0
1
V
N Y
L
21
11
24
14
K1
230L 230L
+24V +24V
A1
A2
N L
CB
5.12
De drukverschilschakelaar
installeren
De drukverschilschakelaar stuurt een signaal wanneer de
luchtdruk in de luchtkanalen de ingestelde waarde bereikt.
Lijst met accessoires:
• DPR200T — 212987
+P1
0
1
-P2
CB 24 V
1.
Drukverschilschakelaar
2.
Metalen leiding
3.
Afvoerluchtstroming
4.
Afvoerluchtkanaal
Het installeren
1.
Installeer een metalen leiding in het luchtkanaal vóór en
na de ventilator.
– indien geïnstalleerd na de ventilator; sluit een rubbe-
ren slang aan op de P1 positieve drukaansluiting van
de drukschakelaar. Laat de P2 negatieve drukaan-
sluiting open.
– indien geïnstalleerd vóór de ventilator; sluit een rub-
beren slang aan op de P2 negatieve drukaansluiting
van de drukschakelaar. Laat de P1 positieve drukaan-
sluiting open.
2.
Stel de drukverschilschakelaar in op de laagst mogelijke
druk, bijv. 20 Pa.
3.
Voer minimaal twee keer een test uit om te zien hoeveel
de druk in het kanaal toeneemt tijdens de normale werk-
ing. Kalibreer wanneer de drukverschilschakelaar een
signaal zou moeten verzenden.
4.
Gebruik strips om de rubberen slang en de pijp in positie
te bevestigen.
5.
Sluit een 2-dradige kabel van de aansluitingen van de
drukverschilschakelaar (NO en COM) op de aansluit-
kaart aan.
1
+
+
4
+
+
2
-
-
-
-
CB UI1
COM
NC
NO
3