Gesprekken
Voordat u begint
De beheerder kan instellen dat uw telefoon een gesprek kan opnemen.
Procedure
Stap 1
Druk op Opnemen tijdens een actieve oproep.
Stap 2
(Optioneel) Tijdens het opnemen drukt u op de toets PauseRec of Pauzeren om de opname te pauzeren.
Stap 3
(Optioneel) Druk op ResumeRec of Hervatten om de opname te hervatten.
Stap 4
(Optioneel) Druk op StopRec of Stoppen om de opname te stoppen.
Stap 5
Druk op Einde gespr. om het gesprek te beëindigen.
Callcentervoorzieningen
Uw beheerder configureert de telefoon als een callcentertelefoon.
De beheerder kan ACD-functies (Automatic Call Distribution) op uw telefoon inschakelen. Deze telefoon
fungeert als de telefoon van een callcenteragent en kan worden gebruikt voor het traceren van een klantgesprek,
het in noodgevallen escaleren van het klantgesprek naar een supervisor, het in categorieën indelen van
contactnummers op basis van verwerkingscodes en het weergeven van details van klantgesprekken.
Uw telefoon kan de volgende ACD-status hebben:
• Aanmelden
• Afmelden
• Beschikbaar
• Niet beschikbaar
• Afronding
De aanvankelijke ACD-status wordt op twee manieren door de beheerder ingesteld:
• De laatste lokale status kan worden hersteld als de eerste ACD-status wanneer de telefoon wordt opgestart,
• De oorspronkelijke ACD-status kan worden opgehaald van de server.
Aanmelden als een callcenteragent
Wanneer u begint met uw werk als callcentermedewerker, moet u zich aanmelden bij de telefoon en uw status
instellen.
Uw beheerder kan uw telefoon zo configureren dat uw status automatisch wordt ingesteld op beschikbaar
wanneer u zich aanmeldt bij de telefoon. In dat geval hoeft u de status niet handmatig in te stellen.
de status wordt gewijzigd van 'niet-geregistreerd ' of 'registratie mislukt' in 'geregistreerd', of als het
IP-adres van de registratiebestemming wordt gewijzigd vanwege failover, fallbak of DNS-reactie.
Gebruikershandleiding Cisco IP-telefoon 6800-serie voor meerdere platforms
Callcentervoorzieningen
87