Draag bij het wisselen van inzetgereedschap werkhandschoenen, omdat het inzetgereedschap en
▶
de gereedschapopname heet worden door het gebruik.
Het product heeft overeenkomstig zijn gebruiksdoelen een hoog koppel. Houd het product altijd
▶
met beide handen vast aan de daarvoor bestemde handgrepen. De gebruiker moet voorbereid zijn
op plotseling blokkerend gereedschap.
Controleer dat de zijhandgreep op de juiste manier is gemonteerd en volgens de voorschriften is
▶
bevestigd. Pak de zijhandgreep altijd aan de buitenzijde beet.
Door de bewerking kan er materiaal afsplinteren. Afgesplinterd materiaal kan lichamelijk letsel en
▶
oogletsel veroorzaken. Draag tijdens het gebruik van het product veiligheidsbril, veiligheidshelm
en gehoorbescherming. Draag een lichte adembescherming wanneer er geen stofafzuiging wordt
gebruikt.
Bij doorbraakwerkzaamheden dient u het gebied aan de andere kant van de werkzaamheden af te
▶
zetten. Er kunnen brokstukken naar buiten en / of naar beneden vallen, waardoor andere personen
mogelijk letsel oplopen.
Let er bij het beitelen van plafond, wanden en bodems op dat u een stabiele en veilige houding
▶
heeft. Een plotselinge doorbraak kan u uit evenwicht brengen.
Raak geen draaiende delen aan - gevaar voor letsel!
▶
Houd de ventilatiesleuven altijd vrij. Brandgevaar door afgedekte ventilatiesleuven!
▶
Schakel het product pas in wanneer u het in de werkpositie hebt gebracht.
▶
Werk niet in een omgeving die sterk vervuild is met stof.
▶
Stof, dat bij het slijpen, schuren, snijden en boren ontstaat, kan gevaarlijke chemicaliën bevatten.
▶
Enkele voorbeelden zijn: Lood of verf op loodbasis; Baksteen, beton en andere metselproducten,
natuursteen en andere silicaat bevattende producten; Bepaalde houtsoorten, zoals eiken, beuken
en chemisch behandeld hout; Asbest of asbesthoudend materiaal. Bepaal de blootstelling van
de bediener en omstanders aan de hand van de gevarenklasse van de materialen waaraan wordt
gewerkt. Neem de nodige maatregelen om de blootstelling op een veilig niveau te houden, zoals
het gebruik van een stofopvangsysteem of het dragen van geschikte adembescherming. Bij de
algemene maatregelen voor het vermindering van de blootstelling zijn inbegrepen:
Werken in een goed geventileerde omgeving,
▶
Vermijden van langdurig contact met stof,
▶
Stof van het gezicht en het lichaam weg leiden,
▶
Dragen van beschermende kleding en wassen van blootgestelde gebieden met water en zeep.
▶
Neem vaak pauzes en doe oefeningen voor een betere doorbloeding van uw vingers.
▶
langdurige werkzaamheden kunnen door sterke trillingen stoornissen aan de bloedvaten of aan het
zenuwstelsel van vingers, handen of polsen ontstaan.
Kijk niet direct in de verlichting (LED) en schijn andere personen niet in het gezicht. Er is sprake
▶
van verblindingsgevaar.
Voorkom dat er vocht binnendringt.
▶
brandwonden tot gevolg hebben.
Gevaar voor letsel door vallend gereedschap en/of toebehoren. Controleer voor het begin van het
▶
werk of de accu en gemonteerde toebehoren stevig bevestigd zijn.
Bevestig geen riemhaak aan dit product.
▶
Elektrische veiligheid
Controleer het werkgebied, voordat u begint te werken, op verdekt liggende elektrische leidingen
▶
en gas- en waterleidingen. Uitstekende metalen delen van het product kunnen een elektrische
schok of een explosie veroorzaken als u een elektrische leiding, een gas- of een waterleiding
beschadigt.
*2266024*
Een door vocht veroorzaakte kortsluiting kan brand of
2266024
Bij
32