Afb. 19:
1 Bedrijfsvloeistofreservoir
2 Capillaire staven (9×)
3 Injectiepunt
4 Inbusbout
Het bedrijfsvloeistofreservoir installeren
1. Draag laboratoriumhandschoenen om contact met de huid te voorkomen.
2. Breng alle nieuwe capillaire staven met de pincet aan.
3. Breng het bedrijfsvloeistofreservoir in het lagerhuis aan, met de viltzijde in de richting van de in-
4. Steek de O-ring in de groef van de pompbasis.
5. Breng de schroefdop aan.
6. Draai alle 3 de inbusbouten uniform aan.
7.4 De elektronische aandrijfeenheid vervangen
Schade aan de turbopomp en de elektronische aandrijfeenheid door een onjuiste loskoppe-
ling van de componenten
Zelfs na het uitschakelen van de netvoeding, blijft de turbopomp elektrische energie leveren tijdens
de leegloopperiode. Als de turbopomp en de elektrische aandrijfeenheid vroegtijdig worden losgekop-
peld, bestaat er gevaar voor kortsluiting naar de aarde en als een gevolg daarvan van de vernietiging
van elektronische componenten.
► Koppel de turbopomp en de elektronische aandrijfeenheid nooit van elkaar los als de voeding
► Houd de rotatiesnelheid van de turbopomp in de gaten via de parameters die beschikbaar zijn in
► Wacht totdat de turbopomp stilstaat (rotatiesnelheid f = 0).
Schade aan eigendommen door elektrostatische ontlading
Het verwaarlozen van het elektrostatische gevaar aan elektronische componenten resulteert in een
beschadiging of vernietiging hiervan.
► Implementeer ESD-veiligheidsmaatregelen in het werkstation.
► Neem EN 61340 "Bescherming van elektronische toestellen tegen elektrostatische verschijnse-
2
1
Het bedrijfsvloeistofreservoir installeren
jectiepunt.
– Oefen hierbij geen druk op het bedrijfsvloeistofreservoir uit.
– Aanhaalmoment: 2,5 Nm.
nog is ingeschakeld of de rotor draait.
de elektronische aandrijfeenheid (bijv., [P:398]).
len" in acht.
3
4
5
Schroefdopje
6
O-ring
7
Beschermkap
OPMERKING
OPMERKING
5
6
7
Onderhoud
41/62