Installatie
5. Bevestig de turbopomp met een kraagflens, borgring en centreerring volgens de afbeelding op de
6. Gebruik alle voorgeschreven componenten voor de turbopomp.
7. Draai de moeren kruislings in 3 stappen vast.
Afb. 8:
Aansluiting van het tapeind en een doorvoergat
1. Gebruik alleen de goedgekeurde montagesets van Pfeiffer Vacuum voor de aansluiting van de
2. Plaats de kraagflens over de hoogvacuümflens van de turbopomp.
3. Plaats de borgring in de zijgroef op de hoogvacuümflens van de turbopomp.
4. Bevestig de turbopomp met een kraagflens, borgring en centreerring volgens de afbeelding op de
5. Gebruik alle voorgeschreven componenten voor de turbopomp.
6. Draai de moeren kruislings in 3 stappen vast.
7. Aanhaalmoment: 5, 10, 16 ± 1 Nm
5.2.8 De ISO-F-flens aan ISO-F bevestigen
De verbindingstypen voor ISO-F-installaties met een ISO-F-flens zijn:
● "Zeskantbout en tapgat"
● "Tapeind met tapgat"
● "Tapeind met doorvoergat"
Vereiste gereedschappen
● Inbussleutel (13 WAF)
● Gekalibreerde momentsleutel (aanhaalfactor ≤ 1,6)
Afb. 9:
Aansluiting van de zeskantbout met een tapgat
1. Gebruik alleen de goedgekeurde montagesets van Pfeiffer Vacuum voor de aansluiting van de
2. Bevestig de turbopomp met een centreerring volgens de afbeelding op de contraflens.
3. Gebruik alle voorgeschreven componenten voor de turbopomp.
4. Schroef het vereiste aantal zeskantbouten in het tapgat.
5. Draai de zeskantbouten kruislings in 3 stappen vast.
26/62
contraflens.
– Aanhaalmoment: 5, 10, 16 ± 1 Nm
Flensaansluiting van ISO-K met ISO-F, tapeind en doorvoergat
turbopomp.
contraflens.
Flensaansluiting ISO-F, zeskantbout en tapgat
turbopomp.
– Houd rekening met de minimale treksterkte van het flensmateriaal en de schroefdiepte.
– Aanhaalmoment: 5, 15, 22 ± 2 Nm