7
|
Configuratie
7.2.2 Mogelijke comfortinstellingen
Uitgebreide handleiding voor de installateur en de gebruiker
78
[2‑8]
4
5
6
7
[2‑9]
4
Voor elk van de voorgaande standen kan een comfortniveau worden geselecteerd.
Het comfortniveau houdt verband met de timing en de inspanning
(energieverbruik) om een bepaalde kamertemperatuur te bereiken door de
koelmiddeltemperatuur
omstandigheden sneller te bereiken.
Krachtig
Overshoot (bij verwarmen) of undershoot (bij koelen) is toegestaan ten opzichte
van de gevraagde koelmiddeltemperatuur om zo de vereiste kamertemperatuur
heel snel te bereiken. Overshoot is toegestaan vanaf het opstarten.
Wanneer de vraag van de binnenunits afneemt, gaat het systeem over naar een
stabiele toestand, bepaald door de bovenstaande werkingsstand.
Om dit te activeren in...
Koelen
Verwarmen
Snel
Overshoot (bij verwarmen) of undershoot (bij koelen) is toegestaan ten opzichte
van de gevraagde koelmiddeltemperatuur om zo de vereiste kamertemperatuur
heel snel te bereiken. Overshoot is toegestaan vanaf het opstarten.
Wanneer de vraag van de binnenunits afneemt, gaat het systeem over naar een
stabiele toestand, bepaald door de bovenstaande werkingsstand.
Om dit te activeren in...
Koelen
Verwarmen
tijdelijk
te
veranderen
[2‑41]=3.
Deze instelling wordt gebruikt in
combinatie met instelling [2‑8].
[2‑42]=3.
Deze instelling wordt gebruikt in
combinatie met instelling [2‑9]
[2‑41]=2.
Deze instelling wordt gebruikt in
combinatie met instelling [2‑8].
[2‑42]=2.
Deze instelling wordt gebruikt in
combinatie met instelling [2‑9].
T
-streefwaarde (°C)
e
8
9
10
11
T
-streefwaarde (°C)
c
43
om
zo
de
gevraagde
Verander...
Verander...
RXYSCQ4~6TMV1B
VRV IV-S-systeem airconditioner
4P404224-1D – 2024.03