Tijdens het gebruik van het
lasapparaat kan het tot func-
tiestoornissen van andere
apparaten komen, bijv. hoorap-
paraten, pacemakers enz.
Gevarenbronnen bij
z
booglassen
Bij booglassen zijn er een reeks
gevarenbronnen. Daarom is het
voor de lasser bijzonder belang-
rijk om de volgende regels in acht
te nemen, om zichzelf en anderen
niet in gevaar te brengen en
schadelijke gevolgen voor mens
en apparaat te vermijden.
Laat de werkzaamheden aan
de netspanning, bijv. aan
kabels, stekkers, contactdozen
enz., alleen door een elektri-
cien uitvoeren volgens nationale
en lokale voorschriften.
Koppel bij ongevallen het
lasapparaat onmiddellijk los
van de stroomvoorziening.
Wanneer elektrische contact-
spanningen optreden, schakel
het apparaat dan onmiddellijk
uit en laat het nakijken door
een elektricien.
Let aan de lasstroomzijde altijd
op goede elektrische contacten.
Veiligheidsaanwijzingen
Draag tijdens het lassen altijd
aan beide handen isolerende
handschoenen. Deze bescher-
men tegen elektrische schokken
(open spanning van het lascir-
cuit), tegen schadelijke stralen
(warmte en uv-stralen) en tegen
gloeiend metaal en slagvonken.
Draag stevige, isolerende schoe-
nen. De schoenen moeten ook
isoleren als het nat is. Halve
schoenen zijn niet geschikt,
omdat vallende, gloeiende
metalen druppels brandwonden
kunnen veroorzaken.
Draag geschikte beschermende
kledij, geen synthetische
kledingstukken.
Kijk niet met onbeschermde
ogen in de lichtboog, gebruik
alleen lassers-lasscherm met
goedgekeurd beschermglas
volgens DIN. De lichtboog
geeft behalve licht- en warm-
testralen, die verblinding resp.
verbranding veroorzaken, ook
uv-stralen af. Deze onzichtbare
ultraviolette stralen veroorzaken
bij onvoldoende bescherming
zeer pijnlijke bindvliesontsteking
die pas enkele uren later wordt
opgemerkt. Daarnaast veroorza-
ken uv-stralen op onbeschermde
lichaamsdelen verbranding
zoals bij zonnebrand.
NL/BE 65