www.aeg.com
8
5.2 Ovenfuncties
5.3 Kookzones
De kookplaat is te bedienen met
de knoppen voor de kookzones.
Zie de gebruikshandleiding van
de kookplaat.
Bedieningsknop
1 - 9
Gebruik van de kookplaat:
1.
Draai de bedieningsknop in de ge-
wenste verwarmingsstand.
2.
Zet de bedieningsknop op de uit
stand om het kookproces te beëin-
digen.
Ovenfunctie
Binnenverlichting
Multi hetelucht
Pizza hetelucht
Boven + onderwarmte Voor het bakken en braden op 1 ovenniveau.
Onderwarmte
Ontdooien
Grill
Grill intens
Circulatiegrill
Warmhoudstand
0
Uit-stand
Verwarmingsstanden
(1 = laagste verwarmingsstand; 9 = hoogste verwarmings-
stand)
Het lampje activeren zonder een bereidings-
functie.
Voor het bakken op maximaal 3 niveaus tegelij-
kertijd en het drogen van voedsel. Stel de tem-
peratuur 20 - 40 °C lager in dan voor Boven +
onderwarmte.
Om gerechten op 1 niveau te bakken met in-
tensief bruineren en een krokantere korst. Stel
de temperatuur 20 - 40 °C lager in dan voor Bo-
ven + onderwarmte.
Voor het bakken van taarten met een knapperi-
ge bodem en voedsel te bewaren.
Voor het ontdooien van diepvriesvoedsel.
Om plat voedsel te grillen en brood te rooste-
ren.
Voor het roosteren van plat voedsel in grote
hoeveelheden en voor het maken van toast.
Voor het braden van grotere stukken vlees of
gevogelte op één niveau. Ook om te gratine-
ren en te bruinen.
5.4 Kookzones van de
kookplaat
De lampjes/symbolen van de
kookzone (zie hoofdstuk "Be-
schrijving van het product") ge-
ven aan welke zone u instelt.
Functie
Automatisch opwarmen
Aalleen van toepassing voor
kookplaten met de automatische
verwarmingsfunctie.
Applicatie