Onderhoud
5.4 De sensormodule vervangen
De sensormodule bestaat uit een membraan, een elektrolyt en een elektrode, die klaar
geïnstalleerd zijn.
1. De sensorveiligheid resp. de optionele arreteerring afschroeven en de gebruikte of
2. De O-ring in de groef aan op het lichaam van de sonde installeren, zie 2 en 3 in
3. De verbinder in de sensormodule en de bus in het lichaam van de sonde onderling
4. De sensorveiligheid resp. de arreteerring weer aanbrengen.
5. De nieuwe sensor installeren voordat de metingen hervat worden. Zie
Afbeelding 5
De sensormodule vervangen
1
1.
Sondebehuizing
2.
Object 3 wordt in de groef gezet
3.
O-ring (cat. nr. 1857100)
20
beschadigde sensormodule verwijderen.
Afbeelding
5.
uitlijnen, zie 6 in
Afbeelding
setup" op pagina
11.
2
4.
Sensormodule
5.
Sensorveiligheid (indien de sensorveiligheid niet gebruikt wordt, de
optionele arreteerring installeren)
6.
Tijdens de samenbouw de uitlijning van de verbinder controleren
5.
3
4
6
4.2 "Sensor
5