3.4.
HYDRAULISCHE AANSLUITINGEN
De vijzel moet op de hydraulische eenheid worden aangesloten met een koperen leiding (diameter 6 mm X 8
mm) of een flexibele buis (diameter 4 mm X 8 mm).
Koperen leiding
Vooraleer u de koperen leiding gebruikt moet deze worden gereinigd met perslucht.
1)
Sluit het uiteinde van de buis af met kleefband
2)
Plaats de koperen leiding in de PVC-buis die van de hydraulische eenheid naar de vijzel loopt.
3)
Buig de koperen leiding zodanig dat deze tenminste enkele centimeters de verbinding rechtlijnig
bereikt. (fig. 15-16)
Het verbindingsstuk van de pomp dat zich naast de groene bypass-schroef bevindt, moet
verbonden worden met het verbindingsstuk van de vijzel die zich aan de buitenkant bevindt. (fig.
17-ref.A).
Het verbindingsstuk van de pomp dat zich naast de rode bypass-schroef bevindt, moet verbonden
worden met het verbindingsstuk van de vijzel die zich aan de binnenkant bevindt. (fig. 17-ref.B).
Via deze verbindingsstukken kan de overgedragen kracht op het hekken bij opening worden
geregeld via de groene bypass-schroef en bij sluiting via de rode bypass-schroef.
N.B.: Maak grote bochten om knikken te vermijden (fig. 15-16).
4)
Verwijder de tape op het einde van de buis
5)
Snijd de buis met hiervoor geschikt gereedschap. Deze handeling moet proper en met de grootste
zorg worden uitgevoerd.
6)
Herhaal de bovenstaande handeling voor de plaatsing van de tweede buis.
7)
Bevestig de koperen leidingen op de verbindingsstukken van de pomp en de vijzel aan de hand
van de aanwijzingen volgens fig. 8.
8)
Verwijder de ontluchtingsschroef van de pomp zoals op fig. 19.
9)
Breng het oliepeil op niveau volgens de peilstok van de olievuldop. (fig. 20) De bijgeleverde olie
FAAC XD 220 kan een buis vullen met een lengte van ongeveer 2 meter. Als de buis langer is
gebruikt u enkel FAAC XD 220 om de rest van de buis bij te vullen.
Flexibele leidingen
Gebruik flexibele leidingen om de plaatsing van de hydraulische leidingen te vereenvoudigen. Na bepaling
van de lengte en plaatsing van de leiding zoals hierboven beschreven, sluit u deze aan met de geschikte
koppelingen zoals op fig. 21.
3.5.
ONTLUCHTING
Tijdens de aansluiting van de pomp op de vijzel komt er onvermijdelijk lucht in het systeem. Lucht in het
hydraulische circuit veroorzaakt onregelmatige beweging en luidruchtige werking.
Ga als volgt te werk om het systeem te ontluchten:
1)
Geef een signaal om het hek te openen
2)
Terwijl het hek opent verwijdert u de beschermkap en draait u de ontluchtingsschroef voor openen
(fig. 17 ref. D) los zoals op fig. 22.
3)
Wacht tot er alleen zuivere olie, zonder luchtbellen uitloopt.
4)
Draai de ontluchtingsschroef weer aan voordat de aandrijving het einde van de openingscyclus
bereikt.
5)
Geef een signaal om het hek te sluiten
6)
Terwijl het hek sluit verwijdert u de beschermkap en draait u de ontluchtingsschroef voor sluiten (fig.
17 ref. C) los zoals op fig. 22.
7)
Wacht tot er alleen zuivere olie, zonder luchtbellen uitloopt.
8)
Draai de ontluchtingsschroef weer aan voordat de aandrijving het einde van de sluitingscyclus
bereikt.
Herhaal de bovenstaande handelingen enkele keren op beide ontluchtingsschroeven.
9)
Breng het oliepeil op niveau volgens de peilstok van de olievuldop. (fig. 20). Gebruik enkel FAAC XD
220 om de olie bij te vullen.