Controleren of uw printer is verbonden met het stroomnet
1.
Zorg dat het netsnoer goed op de printer is aangesloten.
Tabel 8-1
Poort
1
2
2.
Controleer de knop Voeding op de printer. Als het lampje niet brandt, is de printer uitgeschakeld. Druk op
de knop Voeding om de printer aan te zetten.
OPMERKING:
aan.
3.
Koppel het netsnoer los van de achterkant van de printer wanneer deze is ingeschakeld.
4.
Haal het netsnoer uit het stopcontact.
5.
Wacht minstens 15 seconden.
6.
Sluit het netsnoer weer aan op het wandstopcontact.
7.
Sluit het netsnoer weer aan de achterkant van de printer aan.
8.
Als de printer niet automatisch wordt ingeschakeld, druk dan op de Voeding-knop om de printer in te
schakelen.
9.
Probeer de printer opnieuw te gebruiken.
Problemen met afdrukkwaliteit oplossen
Dit onderwerp helpt u bij het oplossen van problemen met de afdrukkwaliteit.
Printerpoorten
Beschrijving
Stroomaansluiting van de printer
Aansluiting op stopcontact
Als de printer geen elektrische stroom ontvangt, sluit het dan op een ander stopcontact
Controleren of uw printer is verbonden met het stroomnet
61