7
Cartridges beheren
In dit gedeelte wordt beschreven hoe u benodigdheden beheert en bestelt.
Voor de beste afdrukkwaliteit van de printer moet u enkele eenvoudige onderhoudsprocedures uitvoeren.
TIP:
Zie
Problemen met afdrukken
Printer met dynamische beveiliging
Deze printer is bedoeld om alleen te werken met cartridges die nieuwe of hergebruikte elektronische HP
circuits hebben. Hergebruikte elektronische HP-circuits maken het gebruik van hergebruikte, gerecyclede en
opnieuw gevulde cartridges mogelijk.
De printer gebruikt dynamische beveiligingsmaatregelen om cartridges te blokkeren die aangepaste circuits
hebben of circuits die niet van HP zijn. Door periodieke firmware-updates die via internet worden geleverd,
wordt de effectiviteit van de dynamische beveiligingsmaatregelen behouden en blokkeren cartridges die
eerder wel werkten.
Updates kunnen de functionaliteit en functies van de printer verbeteren of uitbreiden, beschermen tegen
veiligheidsrisico's en andere doeleinden hebben. Deze updates kunnen ook cartridges blokkeren die
aangepaste elektronische circuits hebben of circuits die niet van HP zijn, zodat ze niet in de printer werken,
inclusief cartridges die momenteel wel werken. Tenzij u zich hebt aangemeld voor bepaalde HP-programma's
zoals Instant Ink of andere services gebruikt waarvoor automatische online firmware-updates nodig zijn,
kunnen de meeste HP printers geconfigureerd worden om updates automatisch te ontvangen, of via een
melding waarbij u kunt kiezen of u de printer wilt updaten of niet. Voor meer informatie over dynamische
beveiliging en het configureren van online firmware-updates gaat u naar www.hp.com/learn/ds.
Informatie over cartridges en de printkop
Lees de volgende tips voor het onderhouden van HP cartridges als u verzekerd wilt zijn van een consistente
afdrukkwaliteit.
De instructies in deze handleiding zijn voor het vervangen van cartridges en zijn niet bedoeld voor de
●
eerste installatie.
Haal alle cartridges pas uit de originele luchtdichte verpakking als u ze nodig heeft.
●
Zorg ervoor dat u de printer correct uitzet. Zie
●
Bewaar cartridges bij kamertemperatuur (15 - 35 °C of 59 - 95 °F).
●
Maak de printkop alleen schoon als dat nodig is. U verspilt zo geen inkt en de printcartridges hebben een
●
langere levensduur.
Hanteer de cartridges met de nodige voorzichtigheid. Door de cartridges tijdens de installatie te laten
●
vallen, te schudden of ruw te behandelen, kunnen tijdelijke afdrukproblemen ontstaan.
Als u de printer vervoert, doet u het volgende om te voorkomen dat er inkt uit de printer lekt of dat de
●
printer beschadigd raakt:
40
Hoofdstuk 7 Cartridges beheren
als u problemen hebt met het kopiëren van documenten.
Schakel de printer uit
voor meer informatie.