9. GEBRUIK VAN DE ACCESSOIRES
WAARSCHUWING!
Zie de veiligheidshoofdstukken .
9.1 Vleesthermometer
De vleesthermometer meet de kerntem-
peratuur van het vlees. Wanneer het
vlees de ingestelde temperatuur heeft
bereikt, wordt het apparaat uitgescha-
keld.
Er worden twee temperaturen
ingesteld:
• De oventemperatuur
• De kerntemperatuur
Gebruik alleen de meegeleverde
vleesthermometer of originele
vervangende onderdelen.
Gebruik van de vleesthermometer:
1.
Steek de punt van de vleesthermo-
meter in het midden van het vlees.
2.
Schakel het apparaat in.
3.
Steek de stekker van de vleesther-
mometer in de aansluiting op de
voorkant van het apparaat.
Het display geeft de vleesthermo-
meter weer.
4.
Gebruik de knopknop in minder dan
5 seconden om de kerntemperatuur
in te stellen.
5.
Selecteer de ovenfunctie en, indien
nodig, de oventemperatuur.
Het apparaat berekent een geschat-
te eindtijd. De eindtijd is afhankelijk
van de hoeveelheid eten, de inge-
stelde oventemperatuur (minimum
120 °C) en de bedieningsmodus.
Het apparaat berekent de eindtijd in
ongeveer 30 minuten.
De kerntemperatuursensor moet
gedurende de bereiding in het
vlees blijven en de stekker moet
in het stopcontact blijven.
6.
Wanneer het vlees de ingestelde
kerntemperatuur heeft bereikt, hoort
u een geluidssignaal. Het apparaat
wordt automatisch uitgeschakeld.
Raak een tiptoets aan om het signaal
te stoppen.
7.
Haal de stekker van de vleesthermo-
meter uit het stopcontact en haal
het vlees uit de oven.
Om de kerntemperatuur te wijzi-
gen druk op
WAARSCHUWING!
De vleesthermometer is heet. Er
bestaat gevaar voor brandwon-
den. Wees voorzichtig bij het
verwijderen van de punt en de
stekker van de vleesthermome-
ter.
NEDERLANDS
17
.