"Zomerstand" :
Hier stelt u de instellingen in voor de "zomerstand"
Zorg dat de status altijd op ingeschakeld staat, het balletje naar rechts zoals in de afbeelding
hierboven.
Bij de dag van werking en starttijd kunt u de gewenste tijd instellen wanneer de zomerstand
gedraaid word.
Bij de zomerstand worden de pompen in het systeem gedurende 10 minuten aan gezet, dit
tegen het vastlopen van de pompen.
Het is noodzakelijk dat de warmtepomp in "zomerstand" gezet word als de warmtepomp meer
als een week niet gebruikt gaat worden i.v.m. vakantie of doordat er in warmtere tijden geen
warmtevraag in de woning nodig is.
Doet u dit niet heeft u een zeer grote kans dat de pomp(en) in het systeem vast komen te staan.
Hoe kunt u de "zomerstand" activeren
1.
Op de thermostaat, aan/uit knopje indrukken zodat het groene lampje uit gaat.
2.
Op de binnenunit, aan/uit knopje indrukken zodat het groene lampje uit gaat.
Nu staat de warmtepomp in "zomerstand"
Wilt u nog meer zekerheid of het programma daadwerkelijk gaat draaien.
Luistert u bij de warmtepomp op de ingegeven datum en tijd of de pompen daadwerkelijk aan
gaan.
Als het stookseizoen weer aantreed kunt u eenvoudig de warmtepomp weer aan zetten.
1.
Op de thermostaat, aan/uit knopje indrukken zodat het groene lampje aan gaat.
2.
Op de binnenunit, aan/uit knopje indrukken zodat het groene lampje aan gaat.
Warmtepomp is weer actief en kan weer warmte afgeven.
Let op:
bij een draadloze thermostaat alleen het binnendeel uitschakelen, er hoeft er niets met de
-
draadloze thermostaat gedaan te worden.
als er een boilervat voor het tapwater op de warmtepomp aangesloten is, dan moet
-
alleen de thermostaat uitgezet worden en de bediening op de unit geactiveerd blijven. Dit
geld niet met een warmtepomp boiler
de unit moet onder spanning blijven staan, dus laat de stekker in het stopcontact zitten
-
pag. 7