Veelgebruikte opnameopties
De belichting regelen (belichtingscorrectie)
Draai de voorste regelaar om de belichtingscorrectie te kiezen. Kies positieve ("+")
waarden om beelden helderder te maken en negatieve ("–") waarden om beelden
donkerder te maken. De belichting kan worden aangepast met ±5,0EV.
Negatief (–)
#
Let op
• Belichtingscorrectie is niet mogelijk in de standen A, M of SCN.
• De displays van de zoeker en live view display kunnen alleen tot ±3,0EV worden
veranderd. Als de belichting ±3,0EV overschrijdt, zal de belichtingsbalk gaan fl itsen.
• Films kunnen worden gecorrigeerd in een bereik tot ±3,0EV.
De helderheid van hoge lichten en schaduwen wijzigen
Wanneer de multifunctionele knop wordt ingesteld op
[Highlight&Shadow Control], zal een instellingenscherm
verschijnen wanneer u de Fn2-knop indrukt. Stel de
schaduw bij met de achterste regelaar en de overbelichting
met de voorste regelaar.
De belichting vasthouden (AE-vergrendeling)
U kunt de belichtingsinstelling vasthouden met knop AEL/AFL. Gebruik dit wanneer
u de focus en belichting apart wilt aanpassen of wanneer u verschillende foto's bij
dezelfde belichting wilt maken.
• Als u één keer op de knop AEL/AFL drukt, wordt de belichting vastgehouden en wordt
u getoond. g "AEL/AFL" (Blz. 102)
• Druk nogmaals op de knop AEL/AFL om de AE-vergrendeling te annuleren.
#
Let op
• Het slot wordt losgelaten wanneer u de modusregelaar, MENU-knop of Q-knop gebruikt.
Geen compensatie (0)
Positief (+)
HI LIGHT
SHADOW
5
NL
51