AF focus aanpassen
U kunt het focuspunt van het AF-fasecontrast bijstellen in een bereik van ±20 stappen
(-: afstand dichtbij, +: afstand veraf). Normaal hoeft u deze instellingen niet te wijzigen.
1
Selecteer [AF Focus Adj.] op het tabblad k in het c custom-menu en
druk op de Q-knop.
• Selecteer een instelling en druk op I.
[OFF]:
[Default Data]: Er worden nauwkeurige instellingen voor alle lenzen geregistreerd
[Lens Data]:
Wanneer [Default Data] is geselecteerd
2
Instelwaarden selecteren met FG.
• De registratie wordt beëindigd met de Q-knop.
• Druk voordat u op de Q-knop drukt op de sluiterknop en bevestig de instellingen
door een foto te maken.
Wanneer [Lens Data] is geselecteerd
2
[Create Lens Data Set] selecteren en op Q drukken.
• Als de gegevens al zijn geregistreerd, wordt [Lens Data] getoond. U kunt informatie
bevestigen of wissen door deze te selecteren met FG en op I te drukken
3
Selecteer een AF-doelwaarde die u nauwkeurig wilt instellen en stel de
instelwaarden in met FG.
• Selecteer uw AF-teken opnieuw en voer de instelwaarden opnieuw in; druk op Q
wanneer u klaar bent.
• Wanneer u de zoomlens gebruikt, kunt u de instelwaarden opnemen voor Afstand
veraf en Afstand dichtbij.
• Druk voordat u op de Q-knop drukt op de sluiterknop en bevestig de instellingen
door een foto te maken.
4
Druk op de knop MENU om naar het c custom-menu terug te keren,
selecteer [Lens Data] bij [AF Focus Adj.] op het tabblad k en druk
op Q.
%
Tips
• Op het scherm die de werkelijk opname weergeeft om de instellingen te bevestigen,
kunt u bevestigen door de voorste regelaar zo te draaien dat er wordt ingezoomd op
het beeld.
#
Let op
• Afhankelijk van de instellingen en de lens, kan de camera mogelijk niet focussen op verre
of dichte afstanden.
Er worden geen nauwkeurige AF-instellingen uitgevoerd.
en toegepast. Instellingen worden niet toegepast op individueel
geregistreerde lenzen.
Er worden instellingen gedaan voor elke lens; er kunnen
instelwaarden voor maximaal 20 lenzen worden geregistreerd.
7
NL
113