4
Verwijder de buitenste flens (16) en het zaagblad
(10).
(Let op: risico op blessures, draag bescher-
mende handschoenen)
5
Plaats het nieuwe zaagblad en flens.
6
Schroef de borgschroef van het zaagblad vast ter-
wijl u het slot voor de as ingedrukt houdt.
7
Plaats de insteekzaag in zijn oorspronkelijke po-
sitie.
Instellen van de splits-wig (afb. 7)
Pas de afstand tussen het zaagblad (10) en de splits-
-wig (19) aan na de vervanging van het zaagblad, of
wanneer dat nodig is.
Plaats het zaagblad in dezelfde positie als wanneer u
het zaagblad vervangt.
Draai de instelschroef (18) los met een inbussleutel en
stel de spits-wig (19) 2-3 mm hoger in dan het zaag-
blad (10), en draai de instelschroef (18) vervolgens
terug vast.
9.
Gebruik
Nadat u alle bovenstaande procedures uitgevoerd
heeft, kunt u beginnen snijden.
Let op: Houd uw handen steeds uit de buurt van het
snijgebied en probeer de machine niet te benaderen
wanneer het in werking is.
Het apparaat in-en uitschakelen (afb. 1)
Om de inval-cirkelzaagmachine in te schakelen, duwt
u op de aan/uit schakelaar (4). Voor het uitschakelen
de in-/uitschakelaar (4) loslaten.
Besturing en onderhoud van de inval-cirkelzaag-
machine (afb. 8)
1
Zet het werkstuk vast zodat het niet verplaatst kan
worden tijdens het zagen.
2
Beweeg de zaag enkel voorwaarts.
3
Houd de zaag stevig met beide handen vast en
zorg ervoor dat u één hand op de handgreep en
de andere hand op de voorste handgreep heeft.
4
Bij het gebruik van een geleiderail, moet deze vast
gemaakt worden met klemmen.
5
Zorg ervoor dat het netsnoer zich niet in de
zaagrichting bevindt.
Zagen
1
Plaats het voorste deel van de machine op het
werkstuk.
66 | NL
2
Schakel de machine aan met de aan/uit schake-
laar (4).
3
Druk op de inval-trekker (3).
4
Duw de zaag naar beneden om de zaagdiepte
te bereiken.
5
Duw de zaag gelijkmatig naar voren.
6
Na het afronden van het zagen, schakelt u de ma-
chine uit en zet u het zaagblad omhoog.
Inval-snede (afb. 9)
1
Plaats de zaag op het werkstuk.
2
Plaats de indicator voor het snijden met de achter-
ste pijl (A) op de gemarkeerde inval positie.
3
Schakel de machine aan en duw de zaag naar
beneden tot u de ingestelde zaagdiepte bereikt.
4
Beweeg de zaag naar voren tot de indicator voor
het snijden (C) het aangeduide punt bereikt.
5
Na het afronden van de inval-snede, zet u het
zaagblad omhoog en schakelt u de machine uit.
Snijden met rails (optioneel)
1
Plaats de machine in de geleiderails. U kan aan-
passingen aanbrengen met de sleutel die bijge-
leverd werd, indien de instelschroeven zichzelf
los maken.
2
Schakel de machine aan met de aan/uit schake-
laar (4).
3
Duw op de inval-trekker (3).
4
Duw de zaag naar beneden om de zaagdiepte te
bereiken. Tijdens het eerste gebruik wordt de rub-
beren rand afgezaagd, waardoor er bescherming
tegen splinters is tot aan het zaagblad.
5
Duw de zaag gelijkmatig naar voren.
6
Na het afronden van het zagen, schakelt u de ma-
chine uit en zet u het zaagblad omhoog.
Anti-tip (afb. 10)
Leg de rail zagen met een van de meegeleverde an-
ti-tilt (20). Dit voorkomt dat de machine kantelt opzij
bij het kantelen.
Dit lichamelijk letsel of schade aan de machine kan
worden vermeden.
Zagen met afzuiging
Sluit de afzuigslang aan op de afzuigkoker - Ø 38 mm
(12).
Splinterbescherming (afb. 1b)
De splinterbeveiliging (15) aanzienlijk verbeterd bij 0 °
sneden zijn de kwaliteit van de snijrand van het afge-
zaagde deel werkstuk aan de opwaartse kant.
www.scheppach.com