▪
Gebruik GEEN ketting die beschadigd, slecht afgeregeld of onvolledig en losjes is
gemonteerd. Zorg ervoor dat de zaagketting stilstaat wanneer de schakelaar wordt
losgelaten.
▪
Wees bijzonder voorzichtig bij het zagen van kleine struiken en boomscheuten omdat dun
materiaal door de zaagketting kan gegrepen worden en in uw richting kan geslingerd
worden of u uit balans kan brengen.
▪
Wees bij het zagen van een boomtak onder spanning voorbereid op terugveren zodat u
niet geraakt wordt als de spanning in de houtvezels wegvalt.
▪
Hou de handgrepen droog, proper en vrij van olie.
▪
Gebruik de snoeizaag enkel in goed verluchte omgevingen.
▪
Gebruik de snoeizaag NIET in een boom tenzij u daar speciaal voor werd opgeleid.
▪
Alle herstellingen die niet in de veiligheidshandleiding of in de onderhoudsinstructies
worden vermeld moeten uitgevoerd worden door erkende herstellers van kettingzagen.
▪
Gebruik bij het vervoeren van uw snoeizaag de juiste zwaardbeschermer.
▪
Gebruik uw snoeizaag NIET in de buurt van brandbare vloeistoffen of gassen zowel
binnenshuis als in de openlucht. Dit kan tot een explosie en/of brand leiden.
▪
GEBRUIK VAN HET JUISTE GEREEDSCHAP: Zaag enkel hout. Gebruik de snoeizaag
niet voor doelen waarvoor ze niet werd ontworpen. Gebruik ze bijvoorbeeld niet voor het
snijden van plastic, metselwerk of structuurmaterialen.
▪
De eerste keer moet de gebruiker praktisch onderricht krijgen van een ervaren iemand in
het gebruik van de snoeizaag en de beschermingsmaatregelen.
▪
Wees u bewust van schadelijk stof en mist (zoals zaagstof en oliemist van de
kettingsmering) en bescherm uzelf goed.
▪
Draag handschoenen en hou uw handen warm. Langdurig gebruik van kettingzagen die
de gebruiker blootstellen aan trillingen kunnen het wittevingersyndroom veroorzaken.
Draag om dit te vermijden handschoenen en hou uw handen warm. Als er ook maar enig
symptoom van dit syndroom merkbaar wordt zoek dan onmiddellijk medische hulp.
▪
Enkel de ketting en het zwaard kunnen door de gebruiker zelf worden vervangen. Zorg er
altijd voor dat u de juiste vervangonderdelen gebruikt zoals vermeld in de specificaties in
de handleiding.
7 BIJKOMENDE VEILIGHEIDSINSTRUCTIES VOOR BATTERIJEN EN
LADERS
Gebruik enkel batterijen en laders die geschikt zijn voor dit apparaat.
7.1
Batterijen
▪
Probeer nooit om batterijen, om wat voor reden ook, te openen.
▪
Bewaar ze niet op plekken waar de temperatuur de 40 °C kan overschrijden.
▪
Laad ze enkel op bij temperaturen tussen de 4 °C en 40 °C.
▪
Bewaar uw batterijen op een koele droge plaats (5 °C-20 °C). Bewaar batterijen nooit in
ontladen toestand.
▪
Het is beter voor Li-ion batterijen om ze regelmatig te ontladen en te herladen (minstens 4
keer per jaar). De ideale lading voor het langdurig opbergen van uw Li-ion batterij
bedraagt 40% van de capaciteit.
▪
Wanneer u ze moet wegwerpen, volg dan de instructies in het gedeelte "Het milieu
beschermen".
▪
Veroorzaak geen kortsluitingen. Wanneer er rechtstreeks of per ongeluk, door contact met
een metalen voorwerp, een verbinding wordt gemaakt tussen de positieve (+) en de
negatieve (-) contactaansluiting, dan wordt de batterij kortgesloten en zal er een zeer
grote stroom gaan vloeien die hitte zal veroorzaken wat tot het barsten van de behuizing
of tot brand kan leiden.
Copyright © 2024 VARO
POWXG1040
P a g i n a
| 6
NL
www.varo.com