3-12.
SCHOONMAAkPROCEDuRES
Feb. 2003
1.
Schakel alle bedieningen UIT en onderbreek de stroom naar het
toestel.
Om ernstige brandwonden te voorkomen
laat u het toestel voldoende lang afkoelen
voor u het schoonmaakt.
2.
Verwijder de schijven en staafmontage en maak ze grondig schoon in
een gootsteen. (Zie het hoofdstuk Installatie van de schijven, Staven
en Spits.)
Als de deur van het toestel gedeeltelijk open staat, gaat hij
automatisch dicht. Om de deur open te houden moet hij
Zorg ervoor dat er geen vuil in de groef in de staaf
komt. De borgring moet goed in de groef passen zodat
de staafmontage niet valt en het toestel beschadigd of
persoonlijk letsel veroorzaakt.
3.
Trek de afvoerpan gedeeltelijk naar buiten en schroef de afvoerplug
los om het vet in een ander recipiënt op te vangen.
4.
Verwijder de afvoerpan, ontluchtingspanelen (eerst de zijpanelen),
het achterpaneel en de lekbak uit het toestel en maak ze grondig
schoon in een gootsteen.
Het bovenste ontluchtingspaneel (dat de luchtverwarmers
bedekt) past in de sleuven aan rechter kant bij de SCR-8 en
aan de linker kant bij de SCR-6.
20
volledig open staan.