Inhoudsopgave
Advertenties
11.2
Standaard inspectie- en onderhoudswerkzaamheden
11.2.1
Jaarlijkse onderhoudsbeurt uitvoeren
11.2.2
Brander uitnemen
7802094 - V02 - 13072023
Opgelet
Zorg dat de ketel wordt onderhouden. Neem contact op met een
erkend installateur of sluit een onderhoudscontract af voor de
verplichte jaarlijkse servicebeurt van de ketel.
Als het apparaat niet wordt onderhouden, vervalt de garantie.
Opgelet
Pas de frequentie van inspectie en onderhoud aan de
gebruiksomstandigheden aan. Dit geldt met name voor ketels die
continu worden gebruikt (voor speciale processen).
Gevaar voor elektrische schok
Voordat de onderhoudswerkzaamheden worden gestart, moet de
ketel worden uitgeschakeld en beveiligd tegen onopzettelijk
inschakelen.
Opgelet
Laat minstens één keer per jaar het apparaat inspecteren en de
schoorsteen vegen, of vaker afhankelijk van de in uw land
geldende regels.
Opgelet
Alleen een erkend installateur mag werkzaamheden aan de ketel
en de verwarmingsinstallatie verrichten.
Opgelet
Controleer de hele verwarmingsinstallatie op lekkages na
onderhouds- en servicewerkzaamheden.
Opgelet
Er mogen alleen originele reserveonderdelen worden gebruikt.
1. Controleer het uiterlijk en de lekdichtheid van de pakkingen op het
gascircuit en het verbrandingscircuit.
2. Controleer op mogelijke verontreinigingen binnen de vuurhaard.
Gebruik een stofzuiger voor alle reinigingswerkzaamheden.
3. Controleer de goede staat van de isolatie op de deur en de bodem
van de vuurhaard en de goede staat van de pakkingen op de
vuurhaarddeur.
4. Controleer de goede staat en de positie van de ontsteking en
vlamdetectie-elektroden, en tevens de goede staat van de brander en
de steun daarvan.
5. Controleer op mogelijke verontreinigingen binnenin de sifon.
6. Droog zoveel mogelijk de eventuele waterdruppeltjes op die als
gevolg van de onderhoudsbeurt op de bodem van de ketel terecht zijn
gekomen.
7. Controleer of er geen verstoppingen zijn ontstaan in de afvoer- en
aanvoerleidingen.
8. Controleer de goede werking van de ventilator.
9. Controleer de verbranding en de juiste afstelling van de gasklep.
10. Controleer de druk in de cv-installatie.
11. Controleer de druk in het expansievat.
IX 245–130 en IX 245–150
1. Onderbreek de elektrische stroomvoorziening van de ketel.
2. Sluit de gaskraan.
3. Sluit de afsluiters van de verwarmingscircuits.
4. Toegang tot de interne componenten van de ketel.
11 Onderhoud
IX
109
Advertenties
Inhoudsopgave
