Over de printer
Onderdeel
17
USB-poort
18
LINE-poort
19
Netvoedingsaansluiting
20
Duplexeenheid
21
Toegangsgedeelte voor
printerkop
22
papierstoringen, klep voor Toegang tot vastgelopen papier en papierstoringen verhelpen.
23
Toegangsgedeelte voor
inktcartridges
24
Scannereenheid
Functie
De printer rechtstreeks aansluiten op de computer met een USB-kabel.
Let op—Kans op beschadiging: raak het aangegeven gedeelte niet aan, tenzij u een USB- of
installatiekabel aansluit of losmaakt.
De printer aansluiten op een actieve telefoonlijn via een standaardwandaansluiting (RJ-11),
DSL-filter, VoIP-adapter of een andere adapter waarmee u faxen kunt verzenden en ontvangen.
Sluit het netsnoer aan op de printer.
•
Afdrukken op beide zijden van een vel papier.
•
Vastgelopen papier verwijderen.
De printerkop installeren.
Opmerking: de houder wordt verplaatst naar het toegangsgedeelte voor de printerkop als
er geen printerkop is geïnstalleerd in de printer.
Inktcartridge installeren, vervangen of verwijderen.
•
Toegang tot de inktcartridges en printerkop.
•
Vastgelopen papier verwijderen.
12