1.4. Eisen bronsysteem
De warmtepomp wordt aangesloten op een collectief
●
bronsysteem.
Het bronsysteem moet voldoen aan de nationale en lokale
●
wetten en voorschriften.
Het bronsysteem heeft een gewenste flow van 300 l/uur
●
(minimaal 150 l/uur).
De leidingen en appendages worden uitgevoerd in koper of
●
ander gelijkwaardig non-ferromateriaal.
De leidingen hebben een minimale diameter van Ø22 mm.
●
Houdt rekening met de invloed van de leidingweerstand en
●
gewenste ontwerpflow van de installatie op het beschikbare
drukverschil over de warmtepomp.
Afwijkingen op toegepaste materialen zijn alleen toegestaan in
●
overleg met Itho Daalderop, op voorwaarde dat in verband met
corrosie voorzorgsmaatregelen worden toegepast.
Monteer een magnetisch vuilfilter in de bronretourleiding (van
●
bron naar warmtepomp) van de huisinstallatie.
Het magnetisch vuilfilter is uitgevoerd in non-ferro, heeft een
maaswijdte van 600-800 µm en een maximale drukval van 1 kPa.
Het systeem moet met schoon water worden gevuld.
●
WATERKWALITEIT
Zuurgraad (pH)
7–8,5
IJzergehalte (Fe)
‹ 0,2 mg/l
Chloorgehalte (Cl)
‹ 150 mg/l
Geleidbaarheid
‹ 125 mS/m
3-12 °dH / 5-22 °fH /
Hardheid
0,53-2,14 mmol/l CaCO
Chemische toevoegingen
Niet toegestaan
Het vulpunt van het bronsysteem moet beveiligd worden met
●
een terugstroombeveiliging wanneer gevuld via de
drinkwaterleiding.
De toe te passen terugstroombeveiliging is afhankelijk van:
●
-
de omvang van de verwarmingsinstallatie.
-
de vloeistofklasse van het verwarmingswater.
8
3
1.5. Eisen tapwatersysteem
Voor het aanleggen van sanitaire leidingen verwijst Itho
●
Daalderop naar de Waterwerkbladen.
Plaats de warmtepomp en het voorraadvat zo dicht mogelijk bij
●
elkaar. De onderlinge afstand mag, bij Ø15 mm leiding,
maximaal 10 meter enkele leidinglengte bedragen. Grotere
afstanden gaan ten koste van het rendement.
Houdt rekening met de invloed van de leidingweerstand en
●
gewenste ontwerpflow van de installatie op de beschikbare
opvoerhoogte van de tapwaterpomp.
Er moet altijd een, in het land van installatie, goedgekeurde
●
inlaatcombinatie worden gemonteerd in de koudwaterleiding
binnen 2 meter van het voorraadvat.
De leidingen en appendages worden uitgevoerd in koper of
●
ander gelijkwaardig non-ferromateriaal.
Het systeem moet met drinkwater worden gevuld.
●
WATERKWALITEIT
Zuurgraad (pH)
7–8,5
IJzergehalte (Fe)
‹ 0,2 mg/l
Chloorgehalte (Cl)
‹ 150 mg/l
Geleidbaarheid
‹ 125 mS/m
3-12 °dH / 5-22 °fH /
Hardheid
0,53-2,14 mmol/l CaCO
Chemische toevoegingen
Niet toegestaan
In gebieden met een waterhardheid die hoger is dan in de tabel is aangegeven
moet u een onthardingsfilter gebruiken. De waterhardheid kunt u bij uw
waterleverancier opvragen.
3